Verder kunnen wij u mededelen dat wij er niet gelukkig mee zijn, dat diverse plannen zolang in bewerking moeten zijn voordat tot een aflronding vvordt gekomen, Enerzijds moet lit worden verweten aan de onstuimige ontwikkeling van onze gemeente, v/aardoor veelvuldig in eeri concept-plan verande- ringeb moeten worden aangebrachtterwijl anderzi-jds net stedebouw- kundigbureau met zoveel opdrachten is belast, dat de afwerking van onze plannen hierdoor vaak ernstige vertraging ondervindt. Onder enig voorbehoud menen wij thans evenwel te kunnen zeggen, dat bet merendeel van de hierbovengenoemde plannen in 1973 kunnen worden aigewerkt Woonnlaatskeuze en woonmilieu, Bij brief van 5 September 1972 beeft de minister van yolksbuisves ting en ruimteliIke ordering de Tweede Kamer twee adviezen aangcbo- den over woo.nplaatskeuze en woonmilieu, welke afkomstig zijn van resp, de Raad van advies voor de ruimtelijke ordering en de Raad ...voor de Volkshuisvesting. Be ambtsvoorganger van de buidige minister beeft in September1970 de beide raden om deze adviezen gevraagd omdat hij zicb ernstig zorgenmaakte over de te sterke groei van de kleine kernen in ons landwat in strijd is met de Tweede Nota over de ruimtelijke orde ring. Volgens deze nota zou de verstedelijking zicb moeten voltrekken volgens bet model van de gebundelde deconeentratie Hot zou te ver voeren uitvoerig op beide rapporten in te gaan, daarom zullen wig ons beperken tot de slotconclusies Be Raad van advies voor de ruimtelijke ordening komt tot de conclu- siedat de suburbanisatie de laatse jaren sterker is geweest dan werd verwacbt en dat bet eve'nwicbt alleen maar hersteld kan worden door een extra sterke groei van de stedelijke gebieden. Volgens de Raad zullen allereerst de concurrentievervalsende factoren ten nadele van deze gebieden moeten worden uitge scbake IdBe Raad stelt voor in bepaalde gebieden de grondprijs te egaliseren en meer financiele steun van bet rijk te verstrekken tog infrastrukturele voorzienin- gen. Om tot massaproduktie van de woningen te komen en de kwaliteit van bet woonmilieu te verbeteren zal een fundamenteel andere be- stuurlijke en organisatoriscbeaanpak nodig zijn, waardoor de bouw- stroom zicb minder op de landelijke gebieden beboeft te ricbten. Be Raad voor de Volksbuisvesting schenkt in zijn advies vooral aandacbt aan de volkshuisvestingsaspecten en gaat daarbij o.m. in op bet conflict tussen ruimtelijke ordening en vrije woonplaats- keuze. Als uitvloeisel van de aanvaarde principes van gebundelde deconeentratie en vrije woonplaatskeuze ziet de Raad voor de volks-- buisvesting als beste oplossing van dat conflict bet tot stand^bren- gen van woningen en woonomgevingen in gebieden waar gebundelde de coneentratie moet worden nagestreefd, (G.B.-kernen) Beze kernen dienen zodanig aan de wensen van woningzoekenden te voldoen, dat de beboefte aan vestigingen in kleine kernen elders geheel of vrijwel gebeel verdwijnt. Hoewel beide adviezen nog ter sprake moeten komen big de parlemen- taire bebandeling van de eerder uitgebracbte Nota Volksbuisvesting, kunnen wij ons niet aan de indruk onttrekken, dat big meerdere instanties de inboud van deze rapporten tbans reeds min of meer bij de beoorderling van bestemmingsplannen wordt betrokken. Be opmerkingen b.v. omtrent bet plan "Silldn" te Britsum zijn recht- strceks gericht tegen een verdere uitbreiding van dat.dorp. Wij zijn van mening, dat bet -ter keuze van de burger is, om in vrij- beid zijn woonplaats te kiezen en dat, indien die keuze op een dorp

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1972 | | pagina 24