Agendapunt 18
Voorstel 73/141
Stiens, 23 november 1973.
Onderwerp:
bouw sporthal.
Aan
de gemeenteraad.
In de begeleidingsbrieven bij de gemeente-begrotingen voor de laatste jaren is regel-
matig gerept over de stichting van een sporthal.
Tôt voor ruim een jaar geleden bestonden hiervoor nog geen vast omlijnde plannen,
omdat van de gedachte werd uitgegaan, dat een dergelijk duur project op korte ter-
mi jn voor onze gemeente toch niet te realiseren zou zijn en omdat bovendien be~
paalde andere voorzieningen meer urgent waren dan een sporthal.
Uit de aanbiedingsbrief bij de begroting voor 1974 zal u zijn gebleken, dat wij de
plannen voor de bouw van een sporthal in augustus 1972 hebben aangemeld als a. c.w.-
object, d.w.z. als object uit te voeren in het kader van de werkloosheidsbestrijding.
ïïaar onze mening zou het langs deze weg mogelijk worden de bouw van een hal aan-
zienlijk eerder te realiseren, dan aanvankelijk werd verwacht.
Omdat ongeveer op hetzelfde tijdstip onze pogingen om een hal te stichten in samen-
werking met twee andere gemeenten - waarbij werd uitgegaan van het denkbeeld in ie-
dere gemeente een hal te stichten en het daarvoor beschikbaar rijkssubsidie over de
drie partners te verdelen - waren mislukt, werd het desbetreffend plan als a.c.w.-
object ingediend.
In het begin van dit jaar werd aan de hand van de toen bekende gegevens een exploi
tât ie-berekening gemaakt voor een sporthal, waarbij werd uitgegaan van een a.c.w.-
subsidie van 75De uitkomsten van deze opzet waren dusdanig, dat wij het object
toen hebben laten rusten.
Ruim een maand geleden bleek ons echter, dat bij de a.c.w. het plan voor de bouw van
een sporthal te Stiens "hard" «as, d.w.z. voor uitvoering als werkverruimingsobject
in aanmerking kwam.
Ongeveer te zelfder tijd werd door Gedeputeerde Staten medegedeeld, dat onze gemeente
voor de uitvoering van werken in a.c.w.-verband op 95$ subsidie kan rekenen, met
uitzondering van bepaalde kosten als grondaankoopinventaris, etc.
Toen ruim een week geleden namens de P.C.W. de vraag werd gesteld of de hardheid
van het plan voor de stichting van een sporthal inhield, dat op korte termijn met de
bouw zou kunnen worden begonnen, rees bij ons het vermoeden, dat de afroeping van het
werk als a.c.w.-object wel eens spoedig zou kunnen plaats vinden.
De gestelde vraag moest echter door ons ontkennend worden beantwoord omdat tôt de
eventuele stichting van een hal door u nog niet was besloten. De reden waarom wij
niet eerder met een desbetreffend voorstel bij u zijn gekomen hebben wij hiervoor
reeds uiteengezet.
De ontwikkelingen van de laatste maand hebben bij ons - althans bij de meerderheid
van ons collège - de bouw van een sporthal in een stroomversnelling gebracht.
Wij hebben reeds uiteengezet, dat de bouw van een hal wel tôt de wensen voor de toe-
komst behoorde, maar niet de hoogste prioriteit had. In wezen geldt dit nog en is
b.v. het verbeteren van de Martenawei meer urgent dan de bouw van een sporthal.
Wij zouden het echter ten zeerste betreuren, dat de toewijzing van een a.c.w.-sub
sidie van 95$ in de stichtingskosten van een sporthal niet zou kunnen worden gehono-
reerd, omdat de plannen niet volledig rond zouden zijn, zelfs al zou deze toewijzing
- waarop wij geen enkele invloed kunnen uitoefenen - voorgaan boven andere a.c.w.-
objecten.
