Gemeente Leeuwa rderadeel
V e r b 1 a g van de oommiseie van rapporteurs omtrent het op 4 en 5 december 1973
gehouden onderzoek naar de gemeente-begroting voor het dienst jaar 19 7 4» met de
memorie van antwoord van burgemeester en wethouders.
Algeme_en
Enkele leden van de eerste en de tweede sectie kondigen
algemene beschouwingen aan.
Een lid van de tweede sectie verzoekt
om in het leven roepen van een romp-
verordening raadscommissies
De Commissie van Rapporteurs
acht dit een nuttige zaak en geeft
burgemeester en wethouders in over-
weging dit te bevorderen.
Een lid van de tweede sectie merkt op,
dat indertijd is toegezegd, dat art.
51 van het Règlement van orde voor de
gemeenteraad zou worden gewijzigd.
Hij informeert in welk stadium zulks
verkeert.
Antwoord burgemeester en wethouders:
Wij nemen aan, dat een uniforme regeling om-
trent benoeming, ontslag, enz. van commissie-
leden zekere voordelen zal bieden.
De verordeningen voor de sportcommissie en de
culturele commissie zijn echter pas enige
jaren oud, terwijl die voor de commissies
voor ruimtelijke ordening en voor openbare
werken en verkeer zelfs van zeer recente
datum zijn. Het kornt ons ongewenst voor nu
direkt al weer wijzigingen aan te brengen,
dit temeer, omdat ons niet is gebleken, dat
aan de huidige regelingen overwegende be-
zwaren kleven.
Wanneer in de toekomst wijziging van één of
meer van de genoemde verordeningen noodzake-
lijk zijn, dan zijn wij bereid van die ge-
legenheid gebruik te maken de invoering van
een rompverordening na te gaan.
Wij hopen begin volgend jaar een voorstel
tôt wijziging van het betreffend artikel
bij u aanhangig te maken.
De Commissie van Rapporteurs geeft de-
ze vraag door aan burgemeester en
wethouders.
Aanbiedingsbrief
Meerjarenplanning
a. Een lid van de eerste sectie in
formeert of de afdeling financi'ên
in staat is het komende jaar een
meerjarenplanning te ontwerpen b.v.
tôt 1980
b. Een lid van de derde sectie vraagt
zich af of het nut en de doelmatig-
heid van een meerjarenbegroting wel
opweegt tegen de daaraan bestede
tijd en moeite.
De Commissie van Rapporteurs acht een
meerjarenplanning voor de eerste vijf
jaren wel wenselijk, mits het nut en
de doelmatigheid in redelijkheid op
weegt tegen de daaraan bestede tijd
en moeite
Wanneer wij van het nut van een meerjaren
begroting niet overtuigd zouden zijn geweest,
dan zouden wij geen opdracht tôt het opstel-
len van een dergelijke begroting hebben ga
ge ven.
Of het nut en de doelmatigheid tegen de be
stede tijd en moeite opweegt, zal pas achter-
af kunnen worden beoordeeld.
Ofschoon bij de opstelling van een meerjaren
begroting van een aantal onzekere factoren
moet worden uitgegaan, achten wij het nood-
zakelijk bij het te voeren beleid te kunnen
beschikken over prognoses, zelfs indien deze
niet volledig betrouwbaar zijn.
Onvoorziene omstandigheden voorbehouden achten
wij de afd. financi'ên in staat het komende
jaar een meerjarenbegroting tôt 1980 op te
stellen.