Br. 74/ 112^
De raad der géraeente Leeuwarderadeel
Gelet op het advies van de commissie voor georganiseerd overleg in ambtenarenzaken dd.
21 juni 1974?
Gesien het voorstel van burgemeester en wethoudsrs van 22 juli 1974?
b e s 1 u i t
vast te stellen de navolgende verordening;
Verordening tôt vaststelling Van, een
vergoedingsregeling voor de vrijwilligers
bij de gemeentelijke brandweer
Artikel 1_.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder "vrijwilliger":
vrijwilliger in de zin van de F.cchtspositicmegeling vrijwilligers bij de gemeentelijke brand
weer.
Artikel 2«
1. De beloning van de commandant van de brandweer bedraagt het bedrag dat door de Koninklijke
Nederlandse brandweervereniging, de Nederlandse Vereniging van brandweer commandant en
en de Vereniging van lîederlsndse gemeenten, blijkens de door laatstgenoemde vereniging
uitgegeven model-regeling voor de rang van adjunct-hoofdbrandmeester 1e klasse (tevens
commandant) aan de gemeentebesturen is of zal worden geadviseerd.
2a. De vrijwilliger geniet per kalenderjaar een vaste vergoeding.
b. De vergoeding wordt bij voorschot uitbetaald vôor 1 juli van elk jaar, terwijl defini-
tieve afrekening volgt zo spoedig mogelijk na 1 januari van het volgende jaar.
3. Deze vergoeding bedraagt het bedrag dat daarvoor door de in lid 1 bedoelde 3 verenigin-
gen wordt geadviseerd.
Artikel 3.
In de vergoeding als bedoeld in artikel 2 derde lid wordt geacht per jaar te zijn opgenomen,
wegers cnlcostenvergoeding en kledingtoelage, een bedrag gelijk aan de vergoeding voor een
adspirant-brandwacht
Artikel 4.
1a. De vrijvnlliger beneden de rang van commandant die, na een door of vanwege de burge
meester ontvangen oproep, deelneemt aan de oefening, of de lessen van een voor zijn
betrekking voorgeschreven cursus volgt, heeft recht op een vergoeding*
b. De naar het oordeel van de commandant noodzakelijke reiskosten, voor het volgen van
een cursus worden vergoed volgens de daar omtrent in deze gemeente geldende regelen
en normen. t
2. De vrijwilliger beneden de rang van commandant die, na daartoe te zijn opgeroepen, werke-
lijke dienst verricht in verband met brandbestrijding of andere hulpverleningen, heeft
recht op een vergoeding.
3. De vergoeding bedoeld in het eerste lid bedraagtvoor êên les of o'n oefening ongeacht
de duur, het bedrag dat door de drie in art. 2 lid 1 bedoelde 3 VErenigingen, daarvoor
per uur vrardt geadviseerd voor een brandraeester en voor het lagere personeel voor een
brandvjacht le klasse. in verband met brandbestrijding of andere hulpverleningen det dien
verstande dat nooit meer dan 12 oefeningen per jaar viorden vergoed.