Agendapunt
Voorstel 74/
OnderwerpS"fci 2 n st8 november 1974
gemeente-begroting 1975
Aan
de gemeenteraad
Hierbij bieden wij u ter vaststelling aan de u in de raadsvergadering van 31 oktober j.l»
formeel reeds aangeboden gemeentebegroting 1975 en de begroting van het grondbedrijf voor
dat jaar.
De bij de begroting behorende bijlagen treft u weer achter in het boekwerk a,an3
Het sterat ons tôt voldoening, dat wij u een sluitende begroting kunnen voorleggen, met
op de post voor onvoorziene uitgaven nog een reëel bedrag van f 59»170,83 voor.-het aoen
van nieuwe uitgaven.
In ons schrijven van 31 oktober j.l. hebben wij reeds een berekening van dat bedrag opge--
nomen.
Uit dat schrijven zal u zijn gebleken, dat wij van de uitkering als snelgroeiende gemeente
en van de ontvangen vergoedingen wegens het verrichten van de administratie voor het
grondbedrijf een bedrag van f 99.532,21 op de post voor onvoorziene uitgaven hebben "be~
vroren", om te voorkomen, cfet dit bedrag wordt gebruikt voor uitzetting van het budget.
De rest van genoemde bedragen, eveneens bedragende f 99*532,21 is dus wel als dekkinge--
middel aangewend. Wij achten dit verantwoord, omdat aangenomen kan worden, dat 00k in
1976 nog aanspraak zal kunnen worden gemaakt op een la-gere uitkering als snelgroeiend.e
gemeente, terwijl de voor het grondbedrijf te verrichten werkzaamheden in dat jaar van een
dusdanige omvang zullen zijn, dat tenminste de helft van het thans geraamd totaal bedrag
aan de gemeente zal moeten worden betaald.
Wanneer na 1976 de uitkering als snelgroeiende gemeente zou komen te vervallen; dan zal
dit verlies naar onze mening kunnen worden gecompenseerd door een hogere opbrengst van de
algemene uitkering uit het gemeentefonds en door een hogere opbrengst van de gemeentelijke
belastingen ten gevolge van de vestiging van nieuwe inwoners in de loop van 1975*
Bovendien zal de onroerend-goedbelasting, tôt de invoering waarvan u een voorstel zal
bereiken voor de raadsvergadering .van 28 november a. s. een meeropbrengst aan gemeentelijke
belastingen tôt gevolg kunnen hebben zonder dat de collectieve belastingdruk op de inwo
ners van de gemeente toeneemt.
Met betrekking tôt de uitkeringen uit het gemeentefonds merken wij op, dat blijkens de
circulaire van de minister van binnenlandse zaken dd. 19 juli 1974» waarbij de gemeente-
besturen met de normen voor de uitkeringen uit het gemeentefonds in kennis zijn gesteld,
met ingang van 1975 00k voor het gemeentefonds is overgegaan op het systeem van een
"totale begrotingsruimte". 'Tôt dusver werd lit zgn. trendmatig begrotingsbeleid toegepast
(zgn. Zijlstra-normwaarbij er van uit werd-gegaan, dat de uitgaven binnen een van tevoren
bepaalde norm moeston blijven. Deze norm bedroeg de laatste jaren 5c7°-
Voor het gemeentefonds betekent dit, dat met ingang van 1975 ccmpensatie wordt gegeven
voor prijsstijgingen. Tôt dusver wsrd alleen compensatie verleend voor de stijging van de
salarissen.
De mogelijkheid van prijscompensatie houdt een structurele verbetering in ten opzichte van
de tôt dusver bestaande situatie.
Verder merkt de minister in zijn circulaire nog op, dat bij'.de bepaling van het accres,
vooruitlopende op een in te dienen wetsontwerp naar aanleiding van de commi s si e-Xerkx
reeds rekening is gehouden met het feit, dat veel gemeenten met ingang van 19f5 zullen
overgaan tôt verbetering van de vergoeding van raadsleden. Dat wil zeggen, dt te zijner
tijd, als het wetsontwerp van kracht wordt, geen extra verhoging van de uitkering mag
worden verwacht
In de gemeentebegroting hebben wij bij de raming van de betreffende uitgaafpost daarom
reeds rekening gehouden met de normen, vermeld in het rapport van de Commissie-Merkx.