d.indien het beroep of bedrijf niet wordt uitgeoefend overeenkomstig de gege- vens vermeld bij de aanvraag voor de vergunning'; e.indien de aan de vergunning verbonden voorschtiften niet in acht worden geno men; nr f.indien op grond van een verandering van de onstandigheden of inziçhten, opge- treden na het verlenen van de vergunning moet worden aangenomen dafe' heb van kracht blijven van de vergunning op onaanvaardbare wijze schade zou opleveren. - voor de riblering of voor de goede werking daarvan; - voorde rioblwaterzuiveringsinstallatie of enig ander werk waarop de rio- lering is aangesloten of voor de goede werking daarvan, dan wel - voor het ontvangende oppervlaktewater en aan dat bezwaar door het stellen van (nadere) voorschriften redelijkerwijze niet of niet voldoende kan worden tegemoet gekomen. 2. De beschikking tôt intrekking is met redenen omkleed. Zij wordt niet genomen dan nadat de beheerder en de houder van de vergunning in de gelegenheid zijn gesteld hun oordeel kenbaar te maken. 3. Een beschikking tôt intrekking van een vergunning blijft, tenzij bij de beschik king in spoedeisande gevallen anders wordt bepaald, buiten werking gedurende de voor het beroep gestelde termijn en dé behandeling van het beroep. Artikel 15. Schadevergoeding. 1. Indien en voor zover blijkt dat een houder van een vergunning door een wijzi- ging of intrekking van de vergunning schade lijdt, die redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort te komen, kent de gemeenteraad hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe. 2. Het bepaalde .^n het voorgaande lid vindt geen toepassing indien en voor zover de wijziging of intrekking van de vergunning haar grond vindt in een maatregel van de beheerder tén opzichte van de gemeente. ,r> 3. De beschikking van de gemeenteraad is met redenen omkleed. Artikel 16. Beroep. 1De aanvrager of houdet van een vergunning kan beroep instellen bij de gemeen teraad tegen een beschikking a. tôt het niet-ontvankelijk verklaren van de aanvrager in zijn aanvraag; b. tôt het weigeren van een vergunning; c. tôt het intrekken van een vergunning; d. tôt het niet verlengen van de termijn van een vergunning; e. waarbij voorschriften aan een vergunning worden verbonden of aan een vergun ning verbonden voorschriften worden gewijzigd of aangevuld, een en ander voor zover die beschikking niet is gegrond op een maatregel van de beheerder ten opzichte van de gemeente.' 2.Voor de toepassing van het voorgaande lid wordt het niet tijdig nemen van een beschikking op een aanvraag om een vergunning met een beschikking tôt weigering van een vergunning gelijkgesteld. 3. De houder van een vergunning kan beroep instellen bij gedeputeerde ataten tegen een beschikking van de gemeenteraad, genomen op grond van artikel 15. 1 .1 r v i■- r i r.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1975 | | pagina 53