Nr. 76/"
De raad der gemeente Leeuwarderadeel;
overwegende dat in.het dienstjaar 1974 de volgende uitgaven zijngedaan terzake
van het openbaar lager onderwijs naar de maatstaf genoemd in artikel 55-8is der
Lager Onderwijswet 1920;
Instandhouding van schoolgebouwen en geringe en dagelijkse
réparation 19.077,48
Onderhoud van schoolmeubelen
Aanschaffen en onderhouden van schoolboeken, leermiddelen en
schoolbehoeften
Verlichting, verwarming en schoonhouden vaft schoolgebouwen - 73*152,05
Schoolbibliothokon 565,2o
Andere uitgaven ter verzekoring van de goede gang van het
onderwijs t.w. Advortentiekoston f 1.128,11
Kbsten geneeskundig ondorzoek - 66,
Kosten van do tolefoon voor de
hoofden der scholen 1.131»7®
Schoolreisjes 460,
Schoolradio en-televisie - 1.343»14
Toruggaaf van portokoston en an
dere kleine uitgaven van hoofden
van scholen 281,63
Ondorzoek van sollicitanten en
bijwonen van proeflesson 605,45 5*016,11
dat de navolgende inkomston hierop rede- Totaal f 117.823,08
lijkerwijzo in mindering moeten worden gebracht:
Aftrek: Vergoeding voor gebruik van schoollokalon -350,
blijft f 117.473,08
dat het gemiddeld aantal leerlingen, vastgesteld volgens de maatstaf van artikel
28, zesde lid, van meergenocmde wet, in 1974 459 1/3 bedroeg;
dat wegens geschatto administratiekoston voor deze gemeento eon bedrag van f 20,
per leerling dient te worden aangenomen, derhalve in totaal 459 1/3 20,
9-186,67;
dat het krachtens artikel 55-bis van bovenaangehaalde wet voor het jaar 1974 bo-
schikbaar gestclde bedrag per leerling bij zijn besluit van 20 december 1973 is
vastgesteld op f 222,86 voor het oponbaar lager onderwijs;
gezien het voorstel van burgemeoster en wethouders dd. 12 januari 1976;
besluit:
a. het bedrag, dat de gemeente over hot jaar 1974 werkelijk heeft uitgegeven wegens
kosten, bcdoeld in artikel 55-bis der Lager Onderwijswet 1920, voorlopig vast te
Stollen op f 117.473,08 f 9.186,67 f 126.659,75;
b. het bedrag, dat in verband met het gemiddeld aantal leerlingen der scholen voor
hot jaar 1974 beschikbaar is gesteld voor de sub a bedoelde uitgaven voorlopig
vast te stellon op 459 l/3 x/ 222,86 f 102.367,03;
c. het verschil tussen de sub a en b bedoelde bedragen voorlopig vast te stollen
op f 126.659,75 - f 102.367,03 24.292,72.
