Hr. 76/10
De raad der gemeente Leeuwarderadeel 5
Overwegende, dat aan het daarvoor in aanmerking komend burgerlijk rijkspersoneel, in
het kader van het trendbeleid, per 1 januari 1976 een verhoging van de bezoldiging
is toegekend van 4ls$» met een minimum van f 66,per maandj
I-Ht
dat besloten is aan deze verhoging voorshands de vorm te geven van een toeslag
naast het salaris;
dat blijkens de circulaire van de minister von Binnenlandse Zaken van 4 februari
1976 D.G.O.P./O.P.Z./F. A./Coord./L.P.L. nr. A.B. 76/b 120 gericht aan burgemeester
en wethouders der gemeenten, overeenkomstige voorzieningen 00k voor het: daarvoor
in aanmerking komende personeel in dienst der gemeenten kunnen wordengetroffen;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 februari 19765
b e s 1 u i t:
vast te stellen de navolgende verordening:
Verordening tôt het toekennen aan het daarvoor in aanmerking komend ge-
meente-personeel van een verhoging van de bezoldiging van 4 2%» met een
minimum van f 6îT,per maand, in de .vorm van een toeslag naast het
salaris.
''-T"- Artikel I
Voor zover de bevoegdheid bestaat de bezoldiging van het gemeenté-personeel te
regelen, wordt aan het daarvoor in aanmerking komend gemeentë-personeel, een
verhoging van de bezoldiging van Azfo met een minimum van 66,— per maand toe
gekend, in de vorm van een toeslag naast het salaris, op de voet van en met
inachtneming van de richtlijnen, neergelegd in de aan de gemeentebesturen ge-
richte circulaire met bijlagen van de minister van Binnenlandse Zaken van 4 fe
bruari 1976 D.G.O.P./O.P.Z./F, A./Coord./L.P.L; nr. A.B.76/^ 120
Artikel II
Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 januari 1976.
ld door de raad voornoemd
e vergadering van
'1976.
s de voorzitter
Kooi) v (H. Boschma)
Op 27 teb 1976 ■'■n viervou<i aan Gedeputeerde Staten gezonden.