OVEREENKOMST VAN GELDLENIHG
De ondergetekenden,
1. De Naamloze Vennootschap BANK VOOR NEDERLANDSCHE GEMEENTEN, gevestigd te
s-Gravenhàge, in deze zaak vertegenwoordigd door zijn direkteur, de heer
2. De gemeente Leeuwardetadeel in deze zaak vertegenwoordigd door zijn burge-
meester, de heer H.Boâchaa te Stiens
handelende ingeVolge ttet besluit van de gemeenteraad van 24 juni 1976,
goedgelceurd door Gedeputeerde Staten van de provincie Friesland bij besluit
van
verklaren het volgende te zijn overeengekomen
A. De H.V.Bank voor Nederlandsche Gemeenten, hierna te noemen "geldgever1, zal aan
de gemeente Leeuwarderadeel, hiema te noemen geldnemer,:, te leen verstrekkan
en deze zal bij geldgever te leen opnemenqp 15 juni 1976 een som van 325.000,
(DRIE1IÛNDERD VIJFENTWIiTTIG DUIZEND GULDEN) tegen de koers van 100 procent, onder
beding, dat, met inachtneming van de hierna omschreven 'bepalingenvoormeld
nominaal bedrag zal worden teruggegeven.
De uitbetaling zal geschieden tegen afgifte door geldnemer aan geldgever van een
schuldbekentenis, waarin verwezen wordt naar deze akte en verraeldende de valuta
datum, waaronder de rekening van geldnemer bij geldgever voor het leningsbedrag
zal worden gecrediteerd.
B. De lening zal onderworpen zijn aan de volgende
bepalingen;
Artikel 1. Geldnemer zal over het onafgeloste nominale bedrag van de lening batalen
een tegen negen en éën/vierde procent per jaar te berekenen rente, te voldoen op
15 juni van elk jaar, voor het eerst op 15 juni 1977.
Bij de berekening van de rente zal elke inaand op dertig dagen en elle jaar
op driehonderd zestig dagen worden gesteld.
Artikel 2. Geldnemer zal het bedrag van de lening dilossen in 25 jaren en wel in de
jaren 1977 tôt en met 2001 f 13.000,per jaar.
De aflossingstermijnen zullen worden voldaan op 15 juni van elk jaar.
Artikel 3. Algehele of gedeeltelijke extra-àflossing van de lening zal tôt 15 juni
1906 zijn uitgesloten| met ingang van laatstgenoemde datum zal geldnemer uitslui-
tend op de aflossingsverschijndagen extra mogen aflossen, doch slechts tegen beta-
ling van een vergoeding van éën en een half procent van het extra af te lossen
bedrag, indien de aflossing plaats vindt voôr 15 juni 1991 terwijl dat gedurende
de verdere looptijd van de lening slechts mogelijk zal zijn tegen betaling van
een vergoeding van ëén procent van het extra af te lossen bedrag.
S. 121
Geldnemer