woningen wordt gebruikt, wordt het recht naar evenredigheid in rekening gebracht.
C. Voor het van slagers, poeliers, visverkopers en dergelijken weghalen en naar het
terrein van de gemeentereiniging vervoeren van afval, afkomstig van geslachte dieren
of vis, worden de werkelijke kosten in rekening gebracht.
D. Voor het weghalen en naar het terrein van de gemeentereiniging vervoeren van bedrijfs
afval, niet behorende tôt het onder C genoemde, worden de werkelijk gemaakte kosten
in rekening gebracht. i
Bêlastingplicht
Artikel 3.
De rechten zijn verschuldigd:
a. die, genoemd in artikel 2, onder A, door de gebruiker van het perceel;
b. die, genoemd in artikel 2, onder B, C. en D., door degene, die de dienst, welke
wordt verlangd, schriftelijk heeft aangevraagd bij de direkteur van gemeentewerken.
Tijdstip beoordeling omstandigheden
Artikel 4.
1. Voor de beoordeling van de belastingplichtigheid en voor de berekening van het recht
voor de diensten, als bedoeld onder artikel 2, onder A, gelden de omstandigheden, die
bij de aanvang van het belastingjaar aanwezig zijn.
2. Indien de belastingplicht na de aanvang van het belastingjaar ontstaatworden voor
de in het eerste lid bedoelde beoordeling de omstandigheden, die zich op het tijd
stip van aanvang van de belastingplicht voordoen, in aanmerking genomen.
Artikel 5.
Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt zijn de rechten, bedoeld in
artikel 2, sub A, verschuldigd over zoveel kalenderkwartalen als na de aanvang van de
belastingplicht nog in dat jaar overblijven. Gedeelten van een kwartaal worden hierbij
voor een vol kwartaal gerekend.
Artikel 6.
Het in de loop van het belastingjaar verlaten van een gebouw of een gedeelte van een
gebouw door een belastingplichtige eh het tegelijkertijd betrekken van een ander gebouw
of gedeelte van een gebouw in de gemeente, alwaar de^belastingplichtige wéderom gebruik
maakt van de m artikel 2, sub A, bedoelde diensten, worden geacht gedurende dat be
lastingjaar geen wijziging in de in het eerste lid van artikel 4 bedoelde omstandig
heden te brengen.
Belastingjaar
Artikel 7.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar
Wijze van invordering
Artikel 8.
1. De rechten, bedoeld in artikel 2, sub A, worden ingevorderd bij wege van aanslag.
2. Burgemeester en wethouders stellen overeenkomstig de bepalingen van deze verordening,
na opgave door de Gemeenschappelijke Reinigingsdienst "Het Bildt-Leeuwarderadeel"
van de verleende diensten, de rechten als bedoeld in artikel 2, sub B. C en D
vast.