- 2 - Ik heb er geen behoefte aan om al deze zaken weer op te halen. Wel wil ik naar aanleiding hiervan de jonge mannen van ons politiekorps dank zeggen, die weken achtereen van huis moesten om soms in gevaarlijke situaties op te moeten treden. Vaak heb ik in die dagen gedacht aan een tekst, die ik in de oorlogsjaren grifde in eenafgedankt stukje marmer"Waar het geweld begint, houdt het recht op". We zullen metelkaar moeten blijven waken, dames en heren, dat het geweldaifit gaat zegevieren, want dit lost geen enkel probleem op. Als ik nog een andere groep mag noemen die in stilte haar werk doet, dan is dat het personeel van ons rusthuis Pyter Jurjenshôf. Er is veel werk gedaan maar er komt nog een drukke tijd als de "grote verhuizing" gaat beginnen naar ons nieuwe verzorgingstehuiswaarvan het hoogste punt deze week is bereikt. Ook de mensen die onze jonge sporters in sporthal en zwembad hebben begeleid, zijn we een woord van dank verschuldigd voor de grote inzet waarmee ze hun werk verrichten. Mag ik een speciaal woord richten tôt de secretaris. Niet alleen mijn rechter— hand, maar van bijna iedereen in deze gemeente. Secretarisu hebt heel wat werk verzet. Maar dat is niet zo erg zeggen we wel eens. Het ergste is vaak de kleine en grotere ergernissen, die telkens weer ontstaan door gebrek aan begrip. U staat - en moet vaak staan - als een rots in de branding en ik weet dat u dit niet altijd even plezierig stemt. Ik hoop van harte dat door de uitbrei- ding van ons ambtenarenkorps u wat meer werk kan worden afgenomen en ik wil u adviseren dit dan ook te doen. Niet alleen wil ik u danken voor al het werk en de grote steun, die niet alleen ik, maar ook het gehele Kollege en iedereen van u mocht ontvangen. Mag ik er ëên goede raad aan toevoegen: "denk om uw gezondheid" (meer zeg ik niet! Ook de direkteur van gemeentewerken heeft weer heel wat voor het Kollege en de Raad op papier moeten zetten en uitvoeren. Ook hem wil ik hartelijk dank zeggen met al zijn mensen. Letterlijk en figuurlijk timmeren ze veel aan de weg en is hij met zijn mensen heel gauw aan kritiek onderhevig. Maar al te vaak vergeten we^ dames en heren, dat we wel eens wat te veel willen weten en te veel willen en het kan niet anders of dit roept spanningen op, die voor niets en niemand goed zijn. Waar ik persoonlijk dan ook nog wel eens moeite mee heb is te moeten consta- teren dat men zoveel gegevens verstrekt wenst te hebben, dat de besluitvorming erdoor wordt vertraagd. Daarbij komt dat we bedolven raken onder de rapporten van allerlei instanties, die een omvang hebben dat ze bijna niet meer te ver- werken zijn. Zowel het éen als het ander houdt in, dat men als Collège vaak veel te veel bezig is met allerlei kleine probleempjes op te lossen en het helaas moeten doorworstelen van de rijstebrij aan rapporten dat men geen tijd overhoudt voor de werkelijke beleidszaken. Daarbij komt de ingewikkeldheid van allerlei zaken. Persoonlijk maak ik mij ook zorgen over de ingewikkeldheid van planologische procédures. Als men denkt dat een plan klaar is, begint het pas met de vele opmerkingen en onderhandelingen. Maar al te veel wil men beslissingen, die in wezen bij de plaatselijke over- heid liggen - EN DUS BIJ UW KOLLEGE - naar een hogere overheid overhevelen, waartegen ik telkens weer protesteer. Mijn mening is en blijft dat niemand' beter kan oordelen over plaatselijke situaties dan de eigen gemeenteraad. Ik zal er dan ook voor blijven vechten om - waar dit maar enigszins mogelijk is - de beslissingen bij uw Raad te laten. - 3 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1978 | | pagina 28