Artikel 10.
Aan vergaderingen van de commissie, die op grond van het bepaalde in artikel 64,
lid 2, der gemeentewet, in het openbaar moeten worden gehouden, wordt op een door
burgemeester en wethouders ten bepalen wijze openbare bekendheid gegeven, met
dien verstande, dat deze kennisgeving tenminste 48 uren tevoren, spoedeisende
gevallen uitgezonderddient plaats te vinden.
Artikel 11
Deartikelen 52, leden 1 en 2, 54 tôt en met 58 en 72, tweede en volgende leden,
van de gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing.
Artikel 12.
1. De commissie kan voor haar vergaderingen ^n règlement van orde vaststellen.
Het wordt aan burgemeester en wethouders medegedeeld.
2. Het regelement mag geen bepalingen bevatten, die in strijd zijn met de wet
of met deze verordening.
Artikel 13.
1. Als voorzitter van de commissie treedt tôt 1 oktober 1982 op het lid, benoemd
uit en door het collège van burgemeester en wethouders. Indien de voorzitter
ophoudt lid van het collège van burgemeester en wethouders te zijn, treedt
hij/zij af als voorzitter van de commissie.
Na 1 oktober 1982 wordt de voorzitter door en uit het midden van de kommissie
benoemd, zulks binnen 14 dagen na de benoeming van de.leden.
2. In een tussentijdse vacature van voorzitter wordt met inachtneming van het be
paalde in artikel 5, lid 4, zo spoedig mogelijk voorzien.
3. Bij afwezigheid of ontstentenis wordt de voorzitter vervangen door een daartoe
door de commissie aangewezen lid.
4. Zolang na aftreding nog niet een voorzitter overeenkomstig lid 1 is benoemd,
treedt als zodanig op het lid genoemd in artikel 1onder a en bij afwezigheid
of ontstentenis, het oudste in leeftijd aanwezige van de onder artikel 2 onder b
genoemde leden.
Artikel 14.
1. Als secretaris van de commissie treedt op de administrateur van het verzorgings-
tehuis, welke bij afwezigheid of ontstentenis wordt vervangen door een door
burgemeester en wethouders aan te wijzen ambtenaar.
Artikel 15.
Aile stukken, welke van de commissie en van het dagelijks bestuur uitgaan» worden
ondertekend door de voorzitter en de secretaris.
Artikel 16.
1. Met betrekking tôt het beheer en de exploitatie van het verzorgingstehuis worden
aan de commissie aile daartoe benodigde bevoegdheden van de raad en van burgemees
ter en wethouders toegekend, voorzover die bevoegdheden niet bij de Wet aan de
raad of burgemeester en wethouders zijn voorbehouden of aan het dagelijks bestuur
zijn toegekend.
2. Tôt de in het eerste lid bedoelde bevoegdheden behoren in elk geval:
1. het - zo nodig - vast stellen van instructies voor het personeel;
2. het vaststellen van de huur- en verpleegprijzen en van de overige vergoedingen
voor te verlenen diensten;
3. het doen van een aanbeveling aan de gemeenteraad van tenminste twee personen
voor de benoeming van de directeur of de directrice en van de adjunct-directeur
of de adjunct-directrice
4. het doen van een voorstel aan de gemeenteraad tôt het schorsen of ontslaan van
de directeur of de directrice en de adjunct-directeur of de adjunct-directrice;