'I 1 - 3 - 4. N.a.v. de aanpassing van de reinigingsrechten, vraagt een lid van de 3e afd. of iedereen, die aan een route woont, zijn afvalstoffen naar die route moet brengen en of aan mensen, die zelf hun afval verwerken middels verbranding o.i.d. een aanslag kan worden opgelegd. Antwoord van b. en w. Volgens art. 1 van de verordening reinigingsrechten worden reinigingsrechten geheven voor het gebruik maken van de diensten van de gemeenschappelijke rei- nigingsdienst "Het Bildt-Leeuwarderadeel". Dit houdt in dat wie kan bewijzen geen gebruik te maken van voornoemde diensten, dit recht niet verschuldigd zou zijn. Evenwel bepaalt de algemene politie-ver- ordening in haar art. C 12: 1. a. het is verboden binnen die gedeelten van de gemeente, waar geregeld van gemeentewege huisvuil en afvalstoffen worden afgehaald, zich te ontdoen van as, vuilnis en andere afvalstoffen, anders dan door middel van de gemeentelijke reinigingsdienst. b. het onder a. gestelde verbod is niet van toepassing op landbouw-, veehouderij- en tuinbouwbedrijven, voorzover de afvalstoffen in het bedrijf worden verwerkt. 2. a. het is verbodende in het vorige lid bedoelde afvalstoffen, bestemd voor ophaling door de gemeentelijke reinigingsdienst, daartoe aan te bieden anders dan in plastic-zakken van een door burgemeester en wet- houders voorgeschreven dikte en voorzien van Komo-keur dan wel in door de gemeentelijke reinigingsdienst beschikbaar gestelde containers b. in afwijking van het bepaalde onder a. van dit lid mag het zich ont doen van tuinafval, emballage en andere grove stoffen, mits behoorlijk samengedrukt en ZDveel mogelijk gebonden, plaats hebben zonder gebruik te maken van een of meer plastic zakken of van een container, met dien verstande, dat per keer niet meer dan één bundel, doos of andere verpakking mag worden aangeboden. 3. De plastic-zakken en containers, alsmede de afvalstoffen, bedoeld onder b. van het 2e lid van dit artikel moëten, wanneer zij ter afhaling wor den aangeboden, worden geplaatst: a. daar waar onmiddellijk aansluitend aan de rijweg voor een perceel een voetpad of een trottoir aanwezig is, uitsluitend op de rand van het voetpad of het trottoir onmiddellijk aan de rijweg; b. daar waar voor het perceel geen voetpad of trottoir aanwezig is, of het voetpad of het trottoir onmiddellijk aan de rijweg aansluit, on middellijk aan, maar niet, op de rijweg. 4. Het is verboden plastic-zakken, containers, tuinafval, emballage en an dere grove stoffen als bedoeld in het 2e lid van dit artikel aan de weg te plaatsen of te doen plaatsen voor zeven uur 's-morgens van de dag, waarop de reinigingsdienst het huisvuil en de afvalstoffen ophaalt. 5. Het is verboden de inhoud van zakken, emmers, bakken of vaten, gereed s 1 gezet ter lediging door de gemeentelijke reinigingsdienst op of aan een weg te doorzoeken of de daarin geborgen stoffen om te halen. 5. Financiën Calgemeen) Een lid van de eerste sectie vraagt naar de stand van de saldi-reserve. Antwoord van b. en w. Bij begrotingswijzing no. 30 van 1978, is door uw collège besloten een dus- danig bedrag van de saldi-reserve naar de algemene reserve over te boeken dat op de eerst genoemde reserve nog een bedrag van 250.000,-- resteerde voor de opvang van eventuele komstige tekorten op rekeningsbasis, hetwelk is geschied.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1978 | | pagina 99