-30-
Artikel 31
1. Zowel de Regioraad als de raad van een deelnemende
gemeente kan voorstellen doen tôt wijziging van de
regeling
2. Onverminderd het bepaalde in artikel *t2, lid 10,
is een wijziging tôt stand gekomen, wanneer tenminste
twee derde deel van elk der organen van de deelenemende
gemeenten zich daarvoor heeft verklaard.
Artikel 52
1. De regeling wordt opgeheven, wanneer tenminste twee derde
deel van elk der organen van de deelnemende gemeenten,
daartoe besluit.
2. De opheffing gaat niet eerder in dan op de dag, volgende
op die, waarop de goedgekeurde besluiten in de
Nederlandse Staatscourant zijn gepubliceerd
3. In geval van opheffing van de regeling besluit de
Regioraad tôt liguidatie en stelt hij daarvoor de nodige
regelen. Hierbij kan van de bepalingen van de regeling
worden afgeweken.
k. Het liguidatieplan wordt door de Regioraad, de
bestuursorganen van de deelnemende gemeenten gehoord,
vastgesteld. Het behoeft de goedkeuring van gedeputeerde
staten
5. Het liguidatieplan voorziet ook in de financiële
gevolgen welke de opheffing heeft.
6. Zo nodig blijven de bestuursorganen van de Rcgio ook
na het tijdstip van de opheffing in functie, totdat
de liguidatie is beëindigd.