- 16 -
de rekening over een bepaaid jaar wordt de bljdrage deflnltlef
vastgesteld.
Het verschi1 tussen het als voorlopige bljdrage betaalde en de
defInitieve bljdrage is verschuldigdzodra de rekening door
Gedeputeerde Staten is vastgesteld.
Opgemerkt wordt nog, dat de bijdrage per inwoner voor aile gemeenten
gelijk is, uitzonderingen ingevolge artikel 42, lid 8, van de regeling
daargelaten. Dit hoeft voorshands niet bezwaarlijk te zijn. Er
kunnen zich in de toekomst wellicht omstandigheden voordoen, die
het wenselijk maken een verfijnlng aan te brengen ln die zin,
dat rekening wordt gehouden met de verschilien tussen de gemeenten
voor de toepassing van de Financiële Verhoudingswet 1960.
Een dergelijke verfijning zal zo nodig in overleg tôt stand kunnen
komen. De regeling verzet zich daartegen niet.
Artikel 48 en 49.
Deze artikelen behoeven geen nadere toelichting.
Artikel 50.
Het is noodzakelijk een uittredende gemeente aansprakelijk te
houden voor zijn aandeei in de kosten van de mee door die
gemeente genomen beslissingen, aangezien de overige gemeenten
anders onevenredig zwaar zouden worden belast.
De Regioraad stelt de financiële gevolgen van een uittreding voor
de betreffende gemeente vast, onder goedkeuring van Gedeputeerde
Staten. Van het besluit van Gedeputeerde Staten is beroep op de
Kroon mogelijk. Het is in het algemeen niet de bedoeling om
gemeenten bij uittreding financieel aansprakelijk te stellen,
wanneer die uittreding het gevolg is van gemeentelijke herindeling
of andere wijzigingen van gemeente- of regiogrenzen, anders dan
op initiatief van de betreffende gemeente zelf.
Overigens spreekt dit artikel voor zichzelf.
Artikel 31 en 52.
Deze artikelen regelen de wijziging van de regeling en de opheffing
Het is minder juist, dat de Regioraad buiten de gemeenten om