- 2 -
Nederlandse Politiehondenvereniging. mits de houder zich verbindt zijn hond
met een geleider, aan wiens bevelen hij gehoorzaamt, op aanvraag ter beschik-
king van de politie te stellen;
d. waarvan de houder in het bezit is van een geldend diploma van het hoofdcomité
van het Nederlandsche Roode Kruis of van de Nederlandsche Vereniging van Roode
Kruishonden;
e. waarvan de houder geen inwoner der gemeente is en de houder niet langer dan
90 dagen in het belastingjaar in de gemeente verblijft;
f. welke gehouden worden door de gemeente ten behoeve van haar diensten en
bedrijven;
g. boven het getal van twee, toebehorende aan fokkers van honden die daartoe in
het bezit zijn van een geldig kennelregistratiebewijs van de Raad van Beheer
op Kynologisch gebied in Nederland.
Artikel 6
Wijze van belastingheffing
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Artikel 7.
Aangifte
De belastingplichtige die vôôr 1 februari van het belastingjaar geen
aangiftebiljet heeft ontvangen is verplicht voor 15 februari daaraanvolgende
bij burgemeester en wethouders een schriftelijk verzoek in te dienen om
uitreiking van een aangiftebiljet.
Artikel 8.
Aangifte bij latere aanvang belastingplicht
en bij veranderingen
Ieder die in de loop van het belastingjaar belastingplichtig of voor een
hoger bedrag belastingsplichtig wordt, is verplicht binnen veertien dagen
na het tijdstip waarop de belastingplicht of de verandering van de belasting
plicht is ontstaan, bij burgemeester en wethouders een schriftelijk verzoek
in te dienen om uitreiking van een aangiftebiljet
Artikel 9.
Belasting voor een gedeelte van het belastingjaar
1Behoudens het bepaalde in de volgende leden van dit artikel is de belasting
voor honden die in de loop van de eerste zes maanden van het belastingjaar
belastbaar worden, ten voile, en voor honden die later belastbaar worden,
voor de helft verschuldigd.
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel is de belas
tingplichtige die zich voor 1 juli van het belastingjaar in deze gemeente
vestigt en die aantoont dat hij in de gemeente van herkomst voor dezelfde
hond over de eerste zes maanden van het belastingjaar hondenbelasting verschuldigd
is en geen aanspraak op vermindering of ontheffing kan maken, de belasting
over dat jaar voor de helft verschuldigd.
3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel is de belasting
plichtige die zich in de tweede helft van het belastingjaar in de gemeente
vestigt en die aantoont dat hij in de gemeente van herkomst voor dezelfde
hond over dit tijdvak hondenbelasting verschuldigd is en geen aanspraak op
vermindering of ontheffing kan maken, de belasting over dat jaar nietverschul-
digd.
