- 4 -
□oor de secretaris wordt gezegd, dat aansluiting op de centrale
antenne-inrichting van Leeuwarden zeker wel mogelijk is en dat de
lasten hiervan lager zullen zijn dan bij een eigen systeem.
Hij zegt een voorstander te zijn van een onderzoek, mits dit beter
gebeurt dan de vorige keer.
Naar zijn mening moeten de mensen persoonlijk worden bezocht.
Voorts wijst hij er op, dat volgens de mening van de betrokken ministère
de gemeente de eerstaangewezene is om een centrale antenne-inrichting te
gaan exploiteren.
Tenslotte wijst hij er op, dat een bejaarden-alarmering-systeem via dit
systeem mogelijk is.
Vervolgens schorst de voorzitter de vergadering.
I\la heropening vraagt de heer Tulner zich af of het plaatsen van een mast
bij Jelsum wel mogelijk is.
□oor de heer Brameijer wordt de suggestie gedaan de enquête uit te laten
voeren door een school.
Nadat de heer Visser heeft gezegd, dat hij zich in dit voorstel niet kan
vinden wordt door de secretaris nog opgemerkt, dat wordt uitgegaan van
een aansluitingspercentage van 80%, doch dat in eerste instantie een
percentage van 50% voldoende is.
Vervolgens wordt overgegaan tôt de hoofdelijke stemming.
Tegen dit voorstel spreken zich uit: de heren Visser, Boersma,De Haan
en Faber.
Vôôr dit voorstel zijn de heren: Ketellapper, Teitsma, mevr.Jepma, Tulner,
Van Rijn, Jansma, Soepboer en Brameijer.
Hieruit volgt dat het voorstel van burgemeester en wethouders met 8 tegen 4
stemmen is aangenomen.
11Voorstel om voor 1980 de rekening-courant-overeenkomst met de Bank voor
Nederlandsche Gemeenten te verlengen (79/144] 1-4 352 m. (R.zijde 353 m.]
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel
van burgemeester en wethouders besloten.
12. Voorstel om voor 1980 de rekening-courant-overeenkomst met de AMRQ-bank te
verlengen(79/145) 1-4 353 m. (R. 158 m.)
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel
van burgemeester en wethouders besloten.
13. Voorstel om het collège van burgemeester en wethouders te machtigen om
voor het tijdvak. van 1 januari t/m 31 december 19B0 het overtollige kas-
geld tôt een maximum van 1.000.000,- uit te lenen. (79/146) 1-4 354 m. (R.170)
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel
van burgemeester en wethouders besloten.
- 5 -
