Artikel 12.
Burgemeester en wethouders kunnen voor de uitvoering van deze verordening
nadere voorschriften geven.
Artikel 13.
In bijzondere gevallen of groepen van gevallen waarin de toepassing van deze
verordening tôt een naar het oordeel van burgemeester en wethouders onredelijke
uitkomst leidt, zijn burgemeester en wethouders bevoegd overeenkomstig de
strekking van deze verordening te beslissen.
Artikel
In artikel 7 wordt voor artikel N 9, derde lid, tôt januari 1980 gelezen
artikel K 9» vierde lid.
Artikel 15.
1. Voor zoveel nodig in afwijking van het bepaalde in artikel H U, lid 2, van
het Algemeen Ambtenarenreglement kan, indien het belang van de dienst zulks
vordert, de termijn waarbinnen ontslag moet worden verleend tôt ten hoogste
zes maanden worden verlengd.
2. Dit artikel vervalt zes maanden na de inwerkingtreding van deze verordening.
Artikel 16.
Deze verordening kan worden aangehaald als "Uitkeringsverordening vrijwillig
vervroegd uittreden"
Artikel 17.
Deze verordening treedt in werking met ingang van november 1979 -
Aldus vastgesteld door de raad voornoemd in
zijn openbare vergadering van 20 december 3 979
de secretariyè, de voorzitter,