Agendapunt 23
Voorstelnr. 80/22
OnderwerpStiens, 22 januari 1980.
Voorbereidingsbesluit voor
een gedeelte van het bestem-
mingsplan voor Britsum. en het
plan voor het buitengebied
(Efter de Wâl)
Aan
de gemeenteraad.
De heer U. de Vries, Rembrandtstraat 26, Sint Annaparochie drijft te
Britsum een in het pand Greate Buorren 11, Britsum gevestigd bouwbedrijf.
In verband met zijn gezondheidstoestand en zijn leeftijd heeft hij omgezien
naar een mogelijke opvolger.
Deze heeft hij gevonden in de persoon van de heer B. Tienstra, Efter de
Wâl 20, Britsum.
Door beide heren is tevens bekeken in hoeverre het pand Greate Buorren 11
Britsum geschikt is voor een bedrijfsvoortzetting.
De konklusie van hen, dat dit pand hiervoor niet geschikt is, kunnen wi j
gelet op de omgeving en de gebruiks- en uitbreidingsmogelijkheden volledig
delen.
Door hen wordt in verband hiermede gevraagd of het mogelijk is, dat de meuve
bedrijfsruimte wordt gekreeërd bij het pand Efter de Wal 20, Britsum.
Gelet op de voorschriften deeluitmakende van het bestemmingsplan Britsum
en het bestemmingsplan voor het buitengebied is de bouw van deze loods ter
plaatse niet mogelijk.
Het gebied waar deze, loods moet worden gebouwd heeft volgens het bestemmings
plan voor Britsum de bestemming van erf kategorie I en volgens het bestemmings
plan voor het buitengebied de bestemming van agrarisch gebied zonder bebouwing.
Geen van deze beide bestemmingen staat de bouw van een loods toe.
Wil de bouw van een loods ter plaatse doorgang kunnen vinden, dan zal de
bestemming zodanig gewijzigd dienen te worden dat dit mogelijk wordt.
Te denken valt aan de bestemming bedrijfsbebouwing.
Een ontwerp van een dergelijke op bestemming toepasbare voorschriften vindt
u op blz. 22 e.v. van het vastgestelde bestemmingsplan voor het buitengebied.
Aan de kommissie Openbare Werken en Verkeerszaken hebben wij de vraag voorgelegd
of de bouw van een dergelijke loods en de daarmee noodzakelijke planologische
aanpassingen kunnen worden toegestaan.
Bij haar besluitvorming heeft de kommissie overwogendat gelet op de aldaar
aanwezige bebouwing, geprojecteerd in de totale omgeving, aldaar eigenlijk
dergelijke ontwikkelingen moeten worden voorkomen.
Anderzijds heeft de kommissie 00k gekonstateerd dat de aldaar aanwezige fraaie
situatie voor een groot deel is ontstaan door toedoen van êên van de aanvragers.
Het op deze grond weigeren van de medewerking zou betekenen dat deze aanvrager
voor z'n inzet zou worden gestraft.
Voorts is nog overwogen, dat bij het weigeren van de medewerking zeer waarschijnlijk
een stukje werkgelegenheid voor Britsum verloren zal gaan omdat er geen alternatieven
zijn m.b.t. deze bedrijfsvestiging.
Ailes afwegende komt de kommissie tôt het advies, dat de gevraagde medewerking
moet worden verleend.
Wel meent de kommissie, dat de omgeving aldaar niet verdraagt dat ter plaatse
groot schalige ontwikkelingen plaatsvinden.
Zij meent derhalve, dat de ontwikkelingen ter plaatse tôt de bouw van deze ene
loods dienen te blijven beperkt.