Aanvullend agendapunt: 19
Voorstel: 80/72
DnderwerpStiens, 18 april 1980
Verhoging bijdrage gemeenschappelijke
reinigingsdienst in verband met voor-
zieningen aan laadperron.
Aan
de gemeenteraad
In de begroting 1980 van de gemeenschappelijKe reinigingsienst Het Bildt/
Leeuwarderadeel voor 1980 zijn de lasten opgenomen van de Kosten, voort-
vloeiende uit het treffen van voorzieningen aan het laadperron.
In het laadperron manifesteerde zich breuK in diverse elaenten van de keer-
wanden, samengesteld uit perronstukken van béton, ter plaatse van de
bovenste gording.
Om stagnatie in de vuilafvoer te voorkomen waren deze voorzieningen nood-
zakelijk. De totale kosten werden begroot op 21.500,'-,
Bij de aanvang van de werkzaamheden van het laadperron bleek een groter
aantal elementen dan aanvankelijk was voorzien aan scheurvorming onderhevig.
Als gevolg daarvan viel het niet meer te verwachten, dat met de voorgenomen
maatregelen een redelijk duurzaam herstel zou kunnen worden bewerkstelligd
en was daarnaast gedeeltelijke vervanging en versterking van het bovengedeelte
van de perronelementen vereist.
Toen bleek, dat het beschikbaar gestelde krediet zou worden overschreden zijn
de herste1werkzaamheden stopgezet, hoewel de thans dringend noodzakelijke werk
zaamheden voor een aanzienlijk deel nog niet zijn voltooid.
Het totaal benodigde krediet, inclusief het ook reeds eerder gevoteerde bedrag
van 20.000,-- voor de vervanging van de verharding yan de standplaatsen voor
de kontainers bij het verlaadperron, wordt geraamd op 110,000,--.
Beschikbaar gesteld was 41.500,-- zodat een verhoging noodzakelijk is van
f 68.500,--.
De daaruit voortvloeiende lasten worden geraamd op 12,925,--, waarvan ten
laste van onze gemeente komt een bedrag van 6.400,--,
Het laatstgenoemd bedrag zal het aandeel van onze gemeente in de kosten van de
reinigingsdienst op begrotingsbasis moeten worden verhoogd ten laste van de
post voor onvoorziene uitgaven.
In de vergadering van de reinigingskommissiewaarin deze aangelegenheid werd
behandeld, is voorts nog besloten de direkteuren van gemeentewerken te doen
onderzoeken of de thans aan te brengen verbeteringen afdoende zijn om gedurende
een redelijk aantal jaren de bruikbaarheid van het laadperron te waarborgen.
