Agendapunt: 17. Voorstel: 80/ 169. Onderwerp Vergoeding aan kommissieleden, zijnde niet-raadsleden Aan: Stiens, 3 oktober 1980 de gemeenteraad In de raadsvergadering van 31 januari j.l. vond de vaststelling plaats van de verordening, regelende de bevoegdheden en de samenstelling van vaste kommissies van advies en bijstand aan Burgemeester en Wethouders, alsmede de (her)instelling van de kommissies van Openbare Werken, Ruimtelijke Ordening, Algemene Zaken en Sociale- en Gezondheidszorg. In het betreffende raadsvoorstel en ook tijdens de behandeling in de raads vergadering kwam de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen aan leden van kommissies, die geen raadslid zijn, aan de orde. In ons voorstel gaven wij in overweging een kommissielidniet zijnde een raads lid, slechts voor een vergoeding in aanmerking te laten komen, indien een kommissie- vergadering wordt gehouden op een tijdstip, waarop dat lid gewoonlijk zijn normale werkzaamheden verricht. Op grond van het imperatieve voorstel in artikel 64g van de gemeentewet, waarin is bepaald, dat leden van een kommissie, die geen raadslid zijn, een vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van de kommissie ontvangen, werd door de raad besloten het door ons voorgestelde artikel te schrappen. Inmiddels waren ook op landelijk nivo tegen het imperatief karakter van artikel 64g bezwaren ontstaan, omdat vele gemeenteraden zich verplicht zagen op zo ruime schaal presentiegelden toe te kennen,dat er een zware en gedeeltelijk ongewenste belasting op het gemeentelijk budget werd gelegd. Door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten werd er bij de minister op aangedrongen het betreffende onderdeel van de gemeentewet te herzien en de oude situatie te herstellen, waarin de raad vrij was te bepalen welke kommissies voor honorering in aanmerking kwamen. Aan dat verzoek is inmiddels tegemoet gekomen door de volgende wijzigingen in de wetgeving terzake. Wijziging van de gemeentewet. Bij wet van 28 nov. 1S>79, Stbl. 786, inwerking getreden op 19 juni 1980 is artikel 64g, le lid van de gemeentewet in die zin gewijzigd, dat kommissieleden, niet zijnde raadsleden, een vergoeding ontvangen, "voorzover de raad het bepaalt". Tevens werd aan dat lid toegevoegd: "en haar subkommissies"zodat de vergoeding kan worden toegekend voor het bijwonen van vergaderingen van de kommissie en haar subkommissies. Deze wijziging houdt in, dat de gemeenteraad voortaan zelf zal kunnen bepalen welke gemeentelijke kommissies en daaruit ontstane subkommissies of werkgroepen hij voor een presenliegeId in aanmerking Jaat komen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1980 | | pagina 133