- 5 -
15. Voorstel tôt het wijzigen van de algemenePolitieverordening van de gemeente
Leeuwarderadeel
(81/64) 549 m.(R. 3/185 m.)
Door de heren Roorda, Boersma, Brameijer en de voorzitter wordt over dit
punt het woord gevoerd.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester
en wethouders besloten.
16. Voorstel inzake het ontwerp afvalstoffenplan.
(81/65) 581 m. (R. 3 275 m.)
Door de heren Roorda, Visser en De Haan en de voorzitter over dit punt
het woord gevoerd.
De heer Roorda vraagt ernaar of het technisch en/of economisch haalbaar is.
de afvalverbranding in relatie te brengen met grasdrogerijen.
Ook informeert hij naar eventueel meer scheidingsinstallaties en het
ophalen in de toekomst van het grof vuil.
De heer Visser spreekt zijn verwondering uit over het feit dat G.S.
nimmer gereageerd heeft op de opmerkingen en bezwaren die de gemeente
gemaakt heeft n.a.v. het concept-ontwerp afvalstoffenplan.
Hij pleit ervoor in een scherpe brief m.b.t. deze onbehoorlijkheid van
het collège van G.S. het ongenoegen van de gemeente kenbaar te maken aan
dit collège.
Op de vraag van de heer Roorda zegt de heer De Haan dat er een projekt in
onderzoek is m.b.t. het drogen van melk i.p.v. gras insamenhang met de
vuilverbranding.
Verder onderstreept de heer De Haan de woorden van de heer Visser.
17Voorstel m.b.t. het Drank- en Horecabeleid
(81/66) 646 m. (R. 3 450 m.)
Door de heren Faber, Boersma, Jansma, Visser, Van Rijn, De Haan en de
voorzitter wordt over dit punt het woord gevoerd.
De heer Faber zegt uit het voorstel geen herziening van het drank- en
horecabeleid te kunnen halen.
De indeling van het collège in allerhande hokjes van diverse bedrijven
acht hij praktisch gezien onuitvoerbaarHij vindt dat het voorstel een
beperking voor de ondernemers inhoudt.
Ook zegt hij dat zijns inziens de para-commercie niet zo erg beperkt wordt
als de ondernemer.
Hij stelt voor aile sluitingsuren te stellen op 12 uurDe heer Boersma
zegt zijn twijfels te hebben bij het in te stellen onderzoek.
De heer Jansma zegt voorstander van het maken van onderscheid op dit punt
te zijn.
De heer Visser zegt dat, gelet op het hoge alkohol gebruik, er gevaar
is voor de volksgezondheid en ons welzijn, en hier zeker een taak ligt voor
de overheid.
Hij vindt het een goed onderbouwde nota.
De voorzitter legt uit waarom deze nota geschreven is. Hij zegt dat de
mogelijke vestigingsplaatsen nader zullen worden bezien.
Hij zegt dat de gehanteerde onderverdeling zeker niet uit de lucht gegrepen
is maar wel degelijk overeenkomt met de praktijk.
Hij zegt er geen voorstander van te zijn de sluitingsuren gelijk te stellen.
Thans dient bekeken te worden hoe de procédure van het onderzoek er uit zal
koraen te ziam.
De heer Van Rijn zegt dat de visie van het collège niet verandering van
het beleid inhoudtmaar meer een verandering in beleidsformulering
De heer De Haan zegt dat de in de nota aangevoerde materie in het bestemmingsplan
verder gestalte gegeven zal moeten worden.
