oP30 OKÎ. 1981 in vijfvoud gezonden aan gedeputeerde staten van Friesland
met het verzoek hierop de Koninklijke goedkeuring te bevorderen.
Nr. 81/127
De raad der gemeente Leeuwarderadeel
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 oKtober 1981;
□verwegende dat verhoging van de marktgelden noodzakelijk is om tôt een
sluitende exploitatie te geraken;
gelet op artikel 269, 272 en 277 van de gemeentewet;
b e s 1 u i t
vast te stellen de navolgende verordening:
Verordening tôt wijziging van de verordening op de heffing en
invordering van marktgelden in de gemeente Leeuwarderadeel,
vastgesteld bij zijn besluit van 17 december 1980, nr. 80/201
en goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 26 maart 1981, nr. 32.
Artikel I
Artikel 2 komt als volgt te luiden:
Het marktgeld bedraagt:
a. voor het innemen van grond voor tenten, uitstallingen en andere
inrichtingen of voorwerpen of voor het uitstallen of demonstreren
van werktuigen, goederen en dergelijke per dag per strekkende meter
in gebruik te nemen terrein, een gedeelte van een meter voor een
gehele meter gerekend f 1,55
b. voor vrachtwagens, bestelwagens en andere vervoermiddelen bij de
sub a bedoelde inrichtingen, uitstallingen, enz.
behorend per dag, per vrachtwagen, enz. f 2,30
c. wegens het gebruik van een kraam met of zonder zeil, door
of vanwege de gemeente verstrekt, per dag, per kraam
exclusief omzetbelasting 5,93
d. de onder a en b genoemde marktgelden worden vermeerderd met
omzetbelasting, wanneer ze niet als verhuur van onroerend
goed worden beschouwd of anderszins de vrijstelling van omzet
belasting vervalt.
Artikel II
Oeze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1982,
met dien verstande dat het bepaalde in artikel 2 van kracht blijft
voor de heffing van marktgelden voor diensten, die voor genoemde datum
zijn verleend.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente
Leeuwarderadeel in zijn openbare vergadering
van 29 oktober 1981.
rzitter,
joi) cCH. Boschma]