A/ -5- 4. De vorige leden zijn van overeenkomstige toepassing in de gevallen als zijn bedoeld in artikel 5, tweede lid, met dien verstande dat voor een belastingjaar als bedoeld in het eerste lid in de plaats treedt het in artikel 5, tweede lid, laatste volzin, bedoelde belastingjaar. Artikel 12 (overdracht van bevoegdheden3 Burgemeester en wethouders kunnen één of meer gemeente-ambtenaren aanwijzen, die in hun plaats treden met betrekking tôt de uitvoering van enige wetttelijke bepaling betreffende de heffing van een in het artikel 1 bedoelde belasting. Artikel 13 Cnakoming verplichtingen3 De verplichtingen, als bedoeld in de artikel 47, 50 en 51 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen jegens burgemeester en wethoudersgelden mede jegens de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren der gemeentelijke be- lastingen Artikel 14 inwerkingtreding en citeerartikel) 1. Oeze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1983. Met ingang van deze datum vervalt de Verordening op de heffing van onroerend- goedbelastingen, vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 25 januari 1980, nr. 6, en zoals deze werd gewijzigd bij: a. raadsbesluit van 17 december 1980, nr. 80/200, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 22 april 1981, nr. 23j b. raadsbesluit van 16 december 1982, nr. 82/151, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 2 februari 1983, nr. 18; c. Raadsbesluit van 31 maart 1983, nr. 83/38, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 4 mei 1983, nr. 3; Met dien verstande, dat zij van toepassing blijven voor de période waarvoor zij hebben gegolden. 2. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Onroerend-goedbelastingen 1983" Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeente Useowarderadeel r 1983. de voorzitter, 'o i FFT 'Ëo s c hma □p t-S oktober 1983 in zesvoud gezonden aan Gedeputeerde Staten van de provincie Friesland met het verzoek hierop de Koninklijke Goedkeuring te bevorderen

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1983 | | pagina 61