- 3 -
Teneinde aile ruimte te behouden voor een weloverwogen beslissing door het
kollege voor de verdere toekomst, acht de meerderheid het nog steeds zinvol
als conservatoire maatregel tôt uittreding per 1 augustus 1985 te besluiten,
en kan daarom de (gewijzigde) visie van de minderheid niet onderschrijven
0°k deelt de meerderheid het standpunt van de minderheid niet dat hier van
een (overhaaste) beslissing sprake is, daar bij de begrotingsbehandeling
uitvoerig is gediscussieerd en aile voor- en nadelen grondig door het vol-
tallige kollege zijn doorgesprokenwat tôt een eensluidend standpunt in
dezen heeft geleid.
De minderheid van ons kollege is evenals thans de Kommissie Sociale- en
Gezondheidszorg van mening dat de beslissing over uittreding vooreerst moet
worden opgeschort.
Het lijkt de minderheid niet gewenst om nu als ENIGE gemeente in deze over
haaste stappen te ondernemen maar vooreerst het (zeer zeker onderbouwde)
advies van de V.F.G. over de jeugdtandverzorging af te wachten (dit advies
komt in de loop van 1984) en daarna (provinciaal en/of regionaal gezamenlijk
als gemeenten) een weloverwogen beslissing over de jeugdtandverzorging te
nemen
De minderheid baseert deze mening op:
a. De konstatering dat er momenteel door (een werkgroep van) de V.F.G. aan
de "problematiek" van de jeugdtandverzorging wordt gewerkt
Zowel de V.F.G. als de Inspektie voor de Volksgezondheid zijn van mening
dat er iets aan de huidige opzet van de jeugdtandverzorging moet worden
gedaan
Beide organisaties hebben n.l. duidelijke signalen opgevangen dat de
jeugdtandverzorging aan (een) herziening toe is; vandaar het oppakken
van deze materie door de V.F.G.
b. De zgnolievlekwerking die van de voorgestelde beslissing zou kunnen
uitgaan
cmogelijk - demotiverende uitwerking van de conservatoire beslissing
voor zowel de "Stichting Jeugdtandverzorging Friesland-Noord" als voor de
werkgroep van de V.F.G.
d. Het feit dat de kans bestaat dat de jeugdtandverzorging t.z.t. via de op
stapel staande Wet Gezondheidszorg en Maatschappelijke Dienstverlening
toch weer tôt het takenpakket van de gemeente(n) zal gaan behoren.
Daar zijn dan weer evenzeer financiële konsekwenties aan verbonden en het
is niet te verwachten dat deze taak, die dan bij de gemeente(n) blijft,
financieel door het Rijk zal worden overgenomen.
e. Het advies van de Kommissie Sociale- en Gezondheidszorg. Dit advies ligt
bij de stukken ter inzage en wordt mede onderbouwd door hetgeen de Inspek-
teur voor de Volksgezondheid over deze materie zegt
Wij stellen u voor in deze een beslissing te nemen.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarderadeel
de secretaris, de burgemeester,
J.P.v.d.KOOI
HBOSCHMA