Nr. 84/ 97.
De raad der gemeente Leeuwarderadeel
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 augustus 1984;
gelet op het bepaalde in artikel 170 der gemeentewet, alsmede op het bepaalde
in artikel 60 e.vvan de woningwet en de hierop steunende uitvoeringsbeschik-
kingen;
b e s 1 u i t:
te garanderen de richtige betaling van rente en aflossing van de ten laste
van de woningstichting Leeuwarden-Leeuwarderadeelgevestigd te Leeuwarden
en ten behoeve van de N.V. Levensverzekeringmaatschappij "Utrecht", geves-
stigd te Utrecht, hierna te noemen "de geldgeefster", aan te gane annuï-
teitenlening, zoals omschreven in de bij dit besluit behorende ontwerp—
overeenkomst van geldlening, waarvan de belangrijkste voorwaarden luiden
als volgt:
bedrag 1.060.000,—
rente 9% per jaar, jaarlijks te voldoen
renteherziening de rente kan na 16 jaar en vervolgens elke 5 jr. worden
k°ers 99i% herzien.
looptijd 25 jaar
aflossing in 25 jaar-annuîteiten
vervroegde aflossing gedurende de eerste 10 jaar niet toegestaan, daarna
mogelijk gedurende 5 jaar 105% en vervolgens 103%
storting 15 oktober 1984
zekerheid garantie gemeente Leeuwarderadeel
bemiddelingsprovisie 1/8% over de nominale leensom.
En verder onder de navolgende voorwaarden:
1. De garantie wordt verleend onder voorwaarde dat geldelijke steun uit 's-
rijks kas wordt verleend op voet van de Woningwet voor groot-onderhoud en
verbetering van complexen woningen van toegelaten instellingen en gemeenten
(ciculaire MG 83-57 van 30 december 1983).
2. De geldgeefster verbindt zich:
a. aan de schuldenares geen uistel van betaling van het door haar verschul-
digde te verlenen dan in overleg met burgemeester en wethouders;
b. jaarlijks op 31 december aan burgemeester en wethouders opgave te ver-
strekken van hetgeen de schuldenares op die datum aan geldgever verschul-
digd is;
c. vôôr het opeisen van de hoofdsom of het restant daarvan aan burgemeester
wethouders kennis te geven van het aanwezig zijn van eenreden van opeis-
baarheid der lening onder opgave van die reden.
3. Aile kosten van de uit dit besluit voortvloeiende overeenkomst, nu en later
en van de tenuitvoerlegging daarvan komen voor rekening van de schuldenares.
- 2 -
