1. is de verlenging van de eventueel aan te leggen noord-zuidbaan niet een uitbreiding van de mogelijkheden tôt gebruik van de basis en is zulks niet in tegenspraak met de verklaring/toezegging over het terugbrengen van het aantal vliegbewegingen. 2. kan de in de 2e—kamer aangenomen motie over het bijstellen van de kosteneenheden ook een minder gunstige invloed hebben op de geluidsbelasting in onze dorpen. 3. kan het gemeentebestuur hard maken wat genoemd wordt in de laatste alinéa op blz. 5 van het voorstel en zou het niet goed zijn de staatssecretaris te vragen deze toezegging ook schriftelijk vast te leggen. 4. is het kollege er zeker van dat de uitleg van artikel 4 - dat gaat over de toename met 15 KE en eventueel afbraak daardoor - de juiste is. 5. denkt het kollege dat het mogelijk is nu of later nog meer garanties te krijgen of zegt men dat zulks geregeld is in de wet. 6. is het kollege van oordeel dat ook de windrichting (westelijke richting) van invloed kan zijn op het niveau van de geluidsbelasting en kan men ook zeggen waarom hieraan bij het opstellen van de formule voor de hoofdletters KE niet om gedacht is. Tenslotte gaat de heer Visser in om het veiligheidsaspekt. Naar het oordeel van zijn fractie zou de aanleg van een noordzuidbaan de veiligheid kunnen vergroten. Uit informatie van deskundigen heeft hij kunnen opmaken dat het gevaar bij het opstijgen en landen van vliegtuigen het grootste is en zulks vindt bijna altijd plaats bij Jelsum-Cornjum en Marssum. Bij een noordzuidbaan zouden de vliegtuigen bij het uitvoeren hiervan bijna aile woonbebouwing mijden en hoeft men niet meer bij het dalen op bijna dakhoogte over één van de drukste verkeerswegen van Friesland te gaan. De fraktie van de P.v.d.A. staat achter het grootste gedeelte van het voorstel van het kollege. Voor het innemen van een definitief standpunt wil men nog graag antwoord op de gestelde vragen en wel men dat het besluit van het .kollege door aanvulling duidelijker wordt en versterkt wordt. In verband hiermee wil men in samenwerking met de F.N.P. het ontwerp-besluit amenderen op punt 3 en aanvullen met een vierde punt. De betreffende amendementen zijn aan de raadsleden uitgereikt. De heer Ketellapper zegt voor het behoudt van de dorpen te zijn. Over het algemeen vindt men lastenverdeling goed mits men zelf buiten schot blijft. Het is vaak een mentaliteit van Ik/Ik. Hij dringt aan op solidariteit. De heer Faber staat nog altijd op het standpunt dat niet moet worden toegelaten een kaalslag van de zuidelijke dorpen of wat nog erger is een gestage aftakeling. Wanneer wij niet voorzien in een alternatief dan geven wij een vrijbrief aan de Rijksoverheid en Defensie voor de eerdergenoemde sloop van de dorpen Jelsum en Cornjum en daarmee tegelijk een vrijbrief voor aile mogelijk uitbreiding die men voor een belegging van een basis maar kan bedenken. optimc Wij hebben geen andere mogelijkheid gevonden en ook niet aangeboden gekregen van wie dan ook, dan het aangrijpen van baanverdraaiing. Dat houdt wel in dat de geluidsoverlast wordt verlegd^maar de genoemde afbraak krijgt dan niet zijn beslag. Andere bevolkingsgroepen worden er dan bij betrokken. Hij wijst erop dat het funest is wanneer men tegen elkaar in gaàt. Het is van belang één front te trekken om de belegging en de vermindering van het gebruik af te dwingen. Zoals het nu gaat heeft men geen enkele kans om dit te bereiken. De basis moet een beperkte funktie krijgen. Hij sluit zich aan bij het amendement van de P.v.d.A. De heer Boersma wijst er op dat verschillende berekeningen niet zijn vrij gegeven. Deze zullen gedeeltelijk geheim zijn. Er moet nu een besluit genomen worden voor 1 april a.s. Vaagheden moeten dus worden meegenomen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1985 | | pagina 78