- 5 -
□e heer Teitsma zegt te vinden dat de ingediende motie lijnrecht
tegenoyer het collegevoorstel staatHij zegt dat zijn fraktie
de motie niet zal steunen.
De heer Van der Ende is van mening dat hij zich niet gemakkelijk
van zijn taak afmaakt en dat hij zich juist heeft ingeleefd in de
problemen van een groot aantal inwoners.
□e heer Boersma zegt achter het standpunt van het collège te staan
en dat de door hem gesteunde motie daarmee niet in strijd is. omdat
hij vindt dat de motie gericht is op de leefbaarheid in de dorpen.
□e heer Jansma vindt dat de motie niet aan de orde is; wel is dat
het geval met de brief van de staatssecretaris
Hij zegt dat zijn fraktie de motie niet zal steunen. Hij geeft de
heer Van der Ende de raad de motie in te trekken.
In zijn reaktie op hetgeen door de diverse sprekers is aangehaald,
zegt wethouder De Haan dat verpaupering uiteindelijk tôt sloop zal
eiden en dat op grond van de algemene maatregel vervangende nieuwbouw
in de zwaar getroffen dorpen niet mogelijk is.
Hij zegt dat het probleem van de overlast met het aannemen van de
motie niet uit de wereld is.
Hierna wordt hoofdelijk over de door de heer Van der Ende ingediende
en mede door de heer Boersma ondertekende motie gestemd.
Voor de motie stemmen de heren Van der Ende en Boersma.
Tegen de motie stemmen de heren Damstra*. ifiTtel lapper, Jansma. Teitsma.
Van IperenRoorda. mevrouw Visser en de wethouders Van Rijn en De Haan.
De motie is derhalve met tien tegen twee stemmen verworpen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van het collège
besloten. waarbij de heer Van der Ende geacht wenst te worden tegen te
hebben gestemd. de heer Van Iperen aangetekend wenst te hebben tegen
punt 3 van het raadsbesluit van 25 maart 1982 te zijn en de heer Jansma
aangetekend wenst te hebben dat het CDA tegen punt 4 van het raadsbesluit
van 25 maart 1982 te zijn.
9" VoorsteI tôt het beschikbaar stellen van een krediet voor het instellen
van een onderzoek naar het aanleggen van kabeltelevisie(83/50).
kant I 408 m.
uoor de heren Faber, Boersma, Jansma, Van Iperen en wethouder Van Rijn
wordt over dit punt het woord gevoerd.
De heren Boersma en Van Iperen zeggen zo hun twijfels te hebben bij het
optreden van de overheid als exploitant van kabeltelevisie.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van het colleee
besloten.
10* VPorstel tôt het verlenen van subsidie aan S03/THD, JAB en FIOM voor
198383/51 kant I 441 m.
Door mevrouw Visser, de heren Roorda, Boersra en wethouder De Haan
wordt over dit punt het woord gevoerd.
Mevrouw Visser zegt het gevoerde beleid een slecht décentralisatiebeleid
te vinden, dat uiteindelijk een afbraakbeleid zal blijken te zijn.
Zij vraagt hoe het nu met het geld komt
Zij vindt het voorstel te vaag en vraagt zich af of het JAB wel goed
onderdak zal komen
- 6 -