GRepresentativiteit In art. 47. van de Omroepwet worden een aantal kontrete eisen geformuleerd waaraan een omroeporganisatie moet voldoen. Het gestelde dat de organisatie representatief moet zijn dient echter nog nader te worden uitgewerkt. De werkgroep heeft zich daarom beziggehouden met de vraag wat in dit kader onder "representatief" kan/moet worden verstaan. Gebleken is dat de inhoud van het begrip "representatief" door gemeenten verschillend wordt ingevuld. In de meeste gemeenten wordt een organisatie representatief ge- acht als diverse geledingen uit het maatschappelijk leven, zo- als verenigingen/instellingen op het terrein van kultuur, sport, rekreatie, samenlevingsopbouw, jeugd- en jongerenwerk, bejaar- denwerk, minderheden, emancipatie, werknemers, werkgevers, e.d. daarin participeren Het is aan de lokale overheid te bepalen welke van deze organi- saties naar haar mening in een lokale omroeporganisatie niet mogen ontbreken. Uit de statuten van de desbetreffende organisatie zal, naar de mening van de werkgroep, in ieder geval moeten blijken dat or- ganisaties zoals hiervoor genoemd, indien deze dat wensen, de mogelijkheid hebben in de lokale omroeporganisatie te partici peren Daartegenover staat echter ook dat indien een vereniging/instel- ling/groep niet bereid is te participeren in een lokale om roeporganisatie, deze organisatie op grond daarvan het predi- kaat "representatief" niet mag worden onthouden. De organisatie die voor een representativiteitsverklaring in aanmerking wenst te komen dient evenwel genoegzaam aan te to- nen dat zij op basis van een uitgewerkte konseptie heeft ge- tracht een zo breed mogelijk draagvlak te verkrijgen. De werkgroep is zich ervan bewust dat met behulp van het vo- renstaande niet expliciet kan worden aangegeven welke organi satie wel of niet representatief kan worden genoemd. Veeleer kan het gestelde als leidraad dienen bij de diskussie t daaromtrent Naast het representativiteitskriterium acht de werkgroep het gewenst dat het beleidsbepalend orgaan van een lokale omroepor ganisatie verantwoordelijk is en kan zijn voor het te voeren programmabeleid In het daartoe op te stellen programma- of redaktiestatuut zul- len ten aanzien daarvan bindende aanwijzingen moeten worden ge- geven Tenslotte meent de werkgroep dat het voor anderen mogelijk moet zijn onder de verantwoordelijkheid van de lokale omroeporgani satie programma's uit te zenden (paraplufunktie) Hierbij kan worden gedacht aan kerken, minderheidsgroep(ering)- en, pers, individuen en de gemeente. Ook deze mogelijkheid dient in de statuten te zijn vastgelegd. - G -

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1985 | | pagina 22