De enige sanktie rond de vrijstellingsprocedure in de nieuwe wet is opgenomen
bij het nemen van de beslissing omirent de aanvraag om de verklaring van geen
bezwaar door gedeputeerde staten. Wanneer die beslissing niet binnen twee maan-
den is genomen dan wordt de aanvraag geacht te zijn geweigerd.
Over "het waarom" van het opnemen van de bevoegheid van de gemeenteraad deze
beslissing aan zich te houden kan het volgende worden gezegd. Onder de werking
van de oude wet was het mogelijk dat de raad na het nemen van het voorberei-
dingsbesluithet bestemmingsplan niet weer zag tôt het moment van de vast-
stelling
In de tussentijd was het voor het kollege mogelijk steeds via toepassing van
artikel 19 van de wet op de ruimtelijke ordening (het verlenen van vrijstelling
van geldende, door de raad vastgesteldebestemmingsplannen) en artikel 50,
lid 8, van de woningwet (vooruitlopend op een toekomstig doorgaans nog door de
raad vast te stellen bestemmingsplan) definitieve besluiten over konkrete zaken
als aanleg van de wegenstruktuur en de bouw van woningen, scholen, kantoren,
e.d. te nemen. Aan het eind van de rit werd de gemeenteraad gekonfronteerd met
een bestemmingsplan dat dan al volledig vast lag voor wat betreft struktuur en
bouwwerken. De raad kon dit plan alleen nog maar vaststellen.
Deze gang van zaken deed uiteraard geen recht aan de verantwoordelijkheden bin
nen de wetgeving terzake van de ruimtelijke ordening te weten de primaire taak
in dezen van de gemeenteraad.
3