2. Het personeel, bedoeld in lid 1, kan zijn samengesteld uit:
a. personeel dat, na vrijwillige beschikbaarstelling, is
aangesteld om anders dan bij wijze van beroep werkzaam-
heden bij de brandweer te verrichten;
b. personeel dat is aangesteld om bij wijze van beroep
werkzaamheden bij de brandweer te verrichten;
c. personeel dat is aangewezen om op grond van de voor hem
geldende rechtspositieregeling van de gemeente mede
werkzaamheden bij de brandweer te verrichten.
3. Indienstneming van het personeel, bedoeld in lid 2, onder a,
geschiedt uitsluitend krachtens een aanstelling als ambtenaar
zulks met inachtneming van de bepalingen van de voor dit per
soneel bij verordening vast te stellen rechtspositieregeling.
Artikel 3 - Opleiding en oefening.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de opleiding en oefe
ning van het brandweerpersoneel, die voor zijn taakuitoefening
noodzakelijk zijn.
Artikel 4 - Materieel.
1. Het brandweermaterieel der gemeente bestaat tenminste uit:
één bluseenheid.
2. Burgemeester en wethouders bepalen de plaats waar en de wijze
waarop het materieel en de overige goederen van de brandweer
worden ondergebracht
Artikel 5 - Bluswatervoorziening.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor zodanige bluswater-
voorzieningen en de bereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrij-
ding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is.
Artikel 6 - Melding en alarmering.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor een alarmerings-
inrichting en een zodanige bezetting ervan dat te allen tijde
een melding aan de brandweer en een doeltreffende alarmering
van de brandweerpersoneel gewaarborgd zijn.
Artikel 7 - Instructies.
De commandant heeft de algemene leiding en het bevel over de
brandweer, overeenkomstig de voor hem door burgemeester en
wethouders vastgestelde instructies.