- 2 - HQOFDSTUK. II - AFVALSTOFFENHEFFING Artikel 3 Aard der heffing Onder de naam "Afvalstoffenheffing" wordt een belasting geheven als bedoeld in artikel 62 van de Afvalstoffenwet Artikel 4 Belastingplicht 1. Belastingplichtig voor de afvalstoffenheffing is degene, die naar omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens een zakelijk of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aan- zien waarvan de gemeente verplicht is tôt de in artikel 3, eerste lid, van de Afvalstoffenwet bedoelde dienstverlening 2. Gebruik door leden van een huishouding wordt aangemerkt als ge bruik door het hoofd van die huishouding. Voor de toepassing van dit artikel wordt een samenwoning als bedoeld in artikel 1, eer ste lid, letter d, van het Besluit bevolkingsboekhouding met een huishouding gelijkgesteld 3. Het gebruik van een perceel door meer dan één persoon, tezamen niet een huishouding vormend, wordt aangemerkt als gebruik door de persoon, de stichting, de vereniging of een ander rechtsper- soon, die verantwoordelijk is voor het gebruik of die zulk een gebruik mogelijk maakt. Artikel 5 Haatstaf van heffing en tarief 1. De belasting bedraagt per belastingjaar: a. voor elk perceel, bewoond door niet meer dan één persoon f 111,-- b. voor elk perceel, bewoond door meer dan één persoon f 138,-- 2. Voor de vaststelling van het aantal personen, als bedoeld in het 1e lid is de situatie op 1 januari van het belastingjaar voor het gehele betreffende belastingjaar maatgevend, met dien ver- stande dat ingeval de belastingplicht in de loop van het belas tingjaar aanvangt, de situatie bij de aanvang van de belasting plicht maatgevend is voor het resterende tijdvak in het betref fende belastingjaar. Artikel 6 Tijdstip van onststaan van de belastingschuldWijze van heffen 1. De belastingschuld ontstaat bij de aanvang van het belastingjaar, of, indien het gebruik van een perceel in de loop van het belas tingjaar aanvangt, bij de aanvang van dat gebruik. 2. De belasting wordt bij wege van aanslag geheven. - 3 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1987 | | pagina 126