Deze bedragen zullen ten laste van de post "Nieuw beleid" moeten komen (zie bladzijde 47). Het voorgaande inhoudelijk tegen elkaar afwegend mag worden gesteld dat B. duidelijk de voorkeur verdient. Van A., hoe redelijk op dit moment ook funktionerend, kan op langere termijn geen zekerheid worden verwacht. A. is teveel afhankelijk van incidentele faktoren, zoals b.v.: de belangstelling c.q. inzet; en de beperkte mogelijkheden; van een puur individueel werkende docent. Een muziekschool biedt in deze duidelijke voordelen. Een afwijzing van B. zal in principe dan ook alleen op louter financiële gronden kunnen worden gedaan. Met het beschikbaar stellen van financiele middelen voor nieuw beleid - f 6.250,in 1988 tôt oplopend in 1990 f 12.500,- lijkt dit laatste element evenwel volledig te kunnen worden ingedamd. Immers, en dit is reeds eerder gesteld, muzikale vorming moet worden beschouwd als een voor ieder toegankelijke basisvoorziening Financiële middelen, vooral als deze beschikbaar zijn en op zo verantwoord mogelijke wijze hiervoor worden aangewend, mogen in deze dan ook geen belemmering vormen. Een gestruktureerd gemeentelijk welzijnsbeleid kan in principe niet zonder een basisvoorziening "muzikale vorming". JAARPROGRAMMA 1988 Opzetten van een gemeentelijk muziekonderwijsbeleidzoals verwoord bij B.: a. Voor algemene muzikale vorming en individueel muziekonderwijs aansluiting zoeken bij de Stichting Muziekschool Het Bildt; en b. De opleidingen via de muziekverenigingen uitbreiden met een subsidieregeling voor ook de opleidingen voor het C.- en D.-nivo. Hiervoor ten laste van de post "Nieuw beleid" voor 1988 een budget beschikbaar stellen van: 1. Algemene muzikale vorming: f 1.000, 2. Individueel muziekonderwijs: - 2.000, 3. Opleidingen C.- en D.-nivo van de muziekverenigingen: - 1.000, Totaal: f 4.000, 24

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1987 | | pagina 66