Re sumé
Het voorgaande resumerend kan worden gesteld dat aile drle voornoemde
voorzieningen als basisvoorzieningen voor een gestruktureerd
flankerend gemeentelijk ouderenbeleid kunnen worden gezien.
In de voorbereidingen tôt een dergelijk beleid, de huidige fase van
het gemeentelijk beleid, verdienen al deze voorzieningen dan ook een
duidelijke financiële ondersteuningDe hoogte van dit subsidie zal
evenwel afhankelijk zijn van de beschikbare financiele middelen,
bestaande uit:
a. de van Rijkswege beschikbaar gestelde middelen in het kader van de
voormalige Rijksregeling "Flankerend Ouderenbeleid": en
b. een gemeentelijke bijdrage uit de algemene middelen.
Exacte gegevens hierover zijn op dit moment nog niet bekend. Met name
de hoogte van de van Rijkswege beschikbaar gestelde bijdrage is
hierbij nog een vrij onzeker gegeven.
Globale cijfers spreken over een bedrag van f 20.000,Gezien dit
ontbreken van exacte cijfers, alsmede het - zoals ook uit de
voorgaande bladzijden blijkt - (vaak) niet kunnen beschikken over
konkrete gegevens is het op dit moment nog niet mogelijk een konkreet
beeld van een gemeentelijk flankerend ouderenbeleid te schetsen.
Het geheel kent, zowel inhoudelijk als financieel, nog te veel
onzekerheden. Het "Jaarprogramma 1988" zal zich vooreerst dan ook
beperken tôt een globaal beeld.
In een toekomstige bijlage bij het "Welzijnsprogramma 1988" of het
"Welzijnsprogramma 1989" zal hierop nader worden teruggekomen. Zo
mogelijk zal hierbij ook aandacht worden geschonken aan de
mogelijkheden voor gekoordineerd ouderenwerk in de gemeente
Leeuwarderadeel. Zoals bekend is de gemeente leeuwarderadeel in deze
een witte vlek en wordt er al een aantal jaren over een uniform
ouderenbeleid gesproken. Het huidige aanbod van aktiviteiten is
teveel verbrokkeld. Gesteld kan worden dat er geen enkele vorm van
koordinatie tussen de verschillende aktiviteiten voor ouderen is.
Van bejaardensocieteit tôt dagopvang betreft het vrijwel allemaal
individueel opererende voorzieningen.
Bij het nieuw geplande flankerend ouderenbeleid zal ook hieraan de
nodige aandacht moeten worden geschonken.
Voor de twee in het voorgaande niet bij name genoemde voorzieningen:
de dagverzorging; en
de tijdelijke opname-mogelijkheid;
in het verzorgingstehuis "Skilhiem" geldt dat deze voorzieningen
vooreerst nog tôt de verantwoordelijkheden van de provincie zullen
blijven behoren. Beide voorzieningen zullen, althans voorlopig, geen
deel van de nieuwe "Welzijnswet" uitmaken.
In het "Welzijnsprogramma 1988" zullen deze voorzieningen dan ook
niet naar voren komen.
40