- 64 - zijn aangebracht, dat zij geen gevaar of hinder voor het verkeer op de weg kunnen opleveren. Vanzelfsprekend behoort hiervoor geen vergunning nodig te zijn. Artikel C 15. Een verbod om scherpe voorwerpen (prikkeldraad, glasscherven en dergelijke) langs de weg aan te brengen, is opgenomen in artikel 387 van de model-Bouwverordening. Artikel C 16 Artikel 13 van het Wegenreglement Friesland - evenal3 het Rijkswegenreglement - bevat een overeenkomstige verbodsbepaling, betrekking heb- bende alleen op provinciale en secundaire wegen. Daar dit règlement ingevolge het eerste artikel van toepassing is op aile openbare wegen, niet- rijk3wegen, buiten de bebouwde kom, zou men van mening kunnen zijn dat voor dit gebied - waaronder dus ook de tertiaire en kleinere wegen - geen beperkingen meer kunnen worden vastgesteld. Dit zou echter betekenen dat voor tertiaire en kleinere wegen buiten de bebouwde kom geen enkele regeling op het gebied van benzinepompen zou gel- den, hetgeen onaanvaardbaar i3 en ook niet de bedoeling van de provinciale verordening kan zijn. Dientengevolge lijkt het logischer aan te nemen dat de beperking van het provinciale verbod tôt provinciale en secundaire wegen ten doel heeft voor tertiaire en kleinere wegen de regeling aan de gemeente over te laten. Artikel C 18. De in dit artikel opgenomen verplichting zal bij gewone (eengezins-)woningen door de (hoofd)bewoner (eigenaar of huurder) moeten worden uitgevoerd. Dit uitgangspunt wordt echter moeilijk vol te houden bij flatgebouwen, kantoorgebouwen en derge lijke. Om de regeling niet al te gecompliceerd te maken is daarom in het eerste lid de rechthebbende verantwoordelijk gesteld. Dit betekent dat deze, indien hij niet zelf het huis bewoont, met zijn huurder(s) de zaak moet regelen. Bij flatgebouwen zal het er veelal op neerkomen dat - indien aan-

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1988 | | pagina 176