aental leden,
kennisoevinaen
?ar> A.g.
De voorzitter doet van hetgeen hem overeenkcmstig de artikelen 15 tot en met 21
ter kennis is gebracht 20 spoedig mogelijk mededeling aan het Algemeen Bestuur.
Paraoraaf 3
Het Daaeliiks Bestuur
samenstellina
benoemina
1. Het Dagelijks Bestuur heeft met inbegrip van de voorzitter ten hocgste 15
leden. Tenminste 11 leden daarvan zijn afkcmstig uit het midden van het
Algemeen Bestuur. De leden van het Dagelijks Bestuur zijn aangewezen of
worden benoemd overeenkomstig het bepaalde in de volgende leden.
2. Het door de raad van de gemeente Assen, het door de raad van de gemeente
Groningen en het door de raad van de gemeente Leeuwarden benoemde lid van het
Algemeen Bestuur zijn van rechtswege tevens lid van het Dagelijks Bestuur.
3. Het Algemeen Bestuur benoemt voorts uit zijn midden acht leden van het
Dagelijks Bestuur en wel zodanig dat met inbegrip van de voorzitter
vap Hia lpden van het Alaemeen Bestuur die in het Daaeliiks Bestuur
ziin benoemd door: Sitting hefcfren?
a. de raden van de gemeenten in de provincie
Drenthe, met uitzondering van de raad van
de gemeente Assen twee leden
b. de raden van de gemeenten in de provincie
Friesland, met uitzondering van de raad van
de gemeente Leeuwarden twee leden
c. de raden van de gemeenten in de provincie
Groningen, met uitzondering van de raad van
de gemeente Groningen twee leden
d. de Staten van de provincies Drenthe,
Friesland en Groningen sen lid
e. de bevoegde organen van de deelnemende
waterschappen sen lid
4. Het Algemeen Bestuur benoemt voorts een lid van het Dagelijks Bestuur uit een
voordracht die hem te dien einde wordt aangebcden door de Algemene Bond van
Ambtenaren/Katholieke Bond van Overheidspersaneel (ABVA/KABO)de
Christelijke Federatie van Overheidspersoneel (CPO) en de Nederlandse Bond
van Gemeenteambtenaren (NBvGA) gezamenlijk.
5. Het Algemeen Bestuur kan op voorstel van het Dagelijks Bestuur en met
inachtneming van het eerste lid besluiten aan andere dan in het tweede lid en
derde lid genoemde deelnemers en aan andere rechtspersonenof organen dan de
in het vierde lid genoemde een of meer zetels in het Dagelijks Bestuur toe te
kennen en diensvolgens een of meer leden van het Dagelijks Bestuur benoemen,
hetzij uit zijn midden, hetzij uit een voordracht die het daartoe door de
bedoelde rechtspersonen of organen wordt aangeboden.
6. De in dit artikel bedoelde leden van het Dagelijks Bestuur, de voorzitter
inbegrepen, hebben in de vergaderingen van dit bestuur ieder een stem.
11