in de gelegenheid te stellen hun gevoelens antrent de voomesnens terzake te
geven. Artikel 46 regelt tevens de daarbij te volgen procedure.
Opgemerkt wordt dat de WGR dwingende, uitputtende bepalingen bevat antrent de
begroting en de inspraak van de deelneraers ten aanzien van het ontwerp daarvan,
wijzigingen inbegrepen. In casu treffen we deze aan in de artikelen 58 en 59
WGR. De regeling bevat daarontrent derhalve geen bepalingen.
Artikel 49 vestigt de plicht tot het uitbrengen van een jaarverslag.
6. Hoofdstuk VI. pp
De Bestuursacadesnie Noord-Nederland, de L. Rasterhoff-acadesnie, zal, evenals
thans het geval is in het Samenwerkingsverband, zijn hoofdvestiging hebben
birmen de gemeerrte Groningen.
Bij haar start heeft de bestuursacadesnie tevens vestigingen in Assen en in
^Leeuwarden. Het Algesoeen Bestuur kan in de aanwijzing van vestigingsplaatsen
^Lnclusief die van de hoofdvestiging bij "gewoon" besluit wijziging brengen.
Opheffing van vestigingsplaatsen is daarin begrepen.
Tijdelijke lokaties voor bv. bepaalde cursussen en andere educatieve
activiteiten kunnen warden bepaald door het Dagelijks Bestuur.
Artikel 50 regelt deze materie.
Hierbij zij aangetekend dat het bovenstaande niet slaat op de vestigingsplaats
van het openbaar lichaara. Artikel 8, vierde lid kan nl. slechts warden gewijzigd
via de zware procedure van wijziging van deze regeling (zie artikel 4).
Voorts vinden in dit hoofdstuk regeling:
de algemene toelatingsvoorwaardente stellen door het Algesneen Bestuur;
het globale activiteitenprogranmaeveneens vast te stellen door het Algemeen
Bestuur;
leerprogrartma's, lesroosters e.d.waarvan de vaststelling, de wijziging en
de irrtrekking zijn voorbehcuden aan de directeur, als bdioraide de
bevoegdheid daartoe naar haar aard tot de dagelijkse zorg voor het cnderwi js
aan de academie; het Dagelijks Bestuur kan de directeur terzake aanwijzingen
geven;
A het archiefbeheer als een zorgobject van het Dagelijks Bestuur en de
directeur. Een bepaling hiercratrent is nodig in verband met de eisen die de
Archiefwet 1962 stelt.
Een en ander is vervat in de artikelen 51 tot en met 54, die overigens voor
zichzelf spreken.
7. Hoofdstuk vn. Personele voorzieninaen
Een gemeenschappelijke regeling behoort enkele bepalingen te bevatten antrent
het perscneelsbeleid en -beheer van het in het leven geroepen openbaar lichaam.
Dit geldt in het bijzcnder ten aanzien van de grcndslagen van de rechtspositie
van perscneelsleden. Zo mogen in geen geval antbreken:
a. regels cratrent de basis-persaTeelsformatie
b. een ccrapetentieverdeling ten aanzien van benoeming (aanstelling)schorsing
en antslag van perscneelsleden
c. de grcndslagen van de rechtspositieregeling(en)
d. regels antrent de taak, de bevoegdheden en de verantwDordelijkheid van de
directeur en andere perscneelsleden.
36