Slechts in een beperkt aantal situaties is er sprake van (enige)
samenwerking: de Stichting Sociaal Kultureel Werk Leeuwarderadeel en een
aantal bejaardensociHteiten en verenigingen voor bejaardengymnastiek.
DE kodrdinatie binnen het ouderenbeleid, tussen zowel lokale als
regionale organisaties, ontbreekt op dit moment evenwel.
Voor een meer gestruktureerd en herkenbaar flankerend ouderenbeleid zal
hier in de naaste toekomst de nodige aandacht aan moeten worden geschon-
ken. De huidige verbrokkeling zal moeten worden weggewerkt. Er zal een
konkreet beleid moeten worden ontwikkeld.
Dat de realisatie van deze visie niet van de ene op de andere dag
realiseerbaar is, is duidelijk. Daarvoor is het onderhavige
beleidsterrein, en dan met name een aantal onderdelen daarvan, te ver uit
elkaar gegroeid.
Een herstrukturering van het (flankerend) ouderenbeleid zal derhalve de
nodige tijd vergen. Voorwaarde hierbij zal dan wel moeten zijn dat voor
de ondersteuning van de beleidsvoorbereiding en -uitvoering de nodige
kodrdinatie moet worden gerealiseerd. Een goede kodrdinatie is hiervoor
een eerste, minimale, vereiste. Hiervoor zal de nodige (financiSle)
ruimte moeten worden gekreSerd.
Het advies— en informatiewerk en de vrijwilligersvakaturebank.
Met het stopzetten van de subsidising van aan de Stichting Vrijwilligers
Werk Centrale te Marrum per 1 januari 1989 dreigt er ten aanzien van de
thans door deze Stichting voor de gemeente Leeuwarderadeel uitgevoerde
aktiviteiten een leemte te ontstaan.
Het gaat hierbij dan met name om:
het advies- en informatiewerk; en
de vrijwilligersvakaturebank.
Voor beide, tot 1 januari 1989 aan de Stichting V.W.C. opgedragen, taken
zal na 1 januari 1989 een lokale invulling moeten worden gevonden,
althans als hiertoe de behoefte bestaat. De omvang en de aard van deze
behoefte zal moeten worden gepeild. Uitgangspunt hierbij zal moeten zijn
dat, hoewel de werkloosheidcijfers van de gemeente Leeuwarderadeel zich
onder de landelijke en de provinciale gemiddelden bevinden, werkloosheid
als een achterstandssituatie moet worden beschouwd. Werklozen hebben in
het huidige maatschappelijke stelsel een duidelijke achterstand.
Zowel het advies— en informatiewerk als een vrijwilligersvakaturebank
kunnen bij deze achterstandssituatie een positieve rol/funktie vervullen.
C. Kunst en Kultuur.
Zoals ook in het "Welzijnsprogramma 1988" reeds werd gesteld is het
gemeentelijk kunst— en kultuurbeleid de laatste jaren enigszins in de
verdrukking geraakt
De uitspraak, dat met het verdwijnen van de Kulturele Raad (in 1981) ook
het gemeentelijk kunst- en kultuurbeleid is verdwenen gaat in dit kader
te ver maar een feit is wel dat er sinds het verdwijnen van de Kulturele
Raad weinig of geen nieuwe beleidsinitiatieven zijn te ondekken. Een
enkele kortstondige opleving, zoals de invoering van de percentagerege—
ling, daargelaten is het kunst- en kultuurbeleid toch wel duidelijk in