4. het wekelijks ophalen en afvoeren van afvalstoffen, verzameld in be- drijfscontainers die door of vanwege de gemeente in bruikleen zijn gegeven, per belastingjaar per container f 2.436,(inclusief 18,5 omzetbelasting) 5. het eenmaal per twee weken ophalen en afvoeren van afvalstoffen, ver zameld in bedrijfscontainers die door of vanwege de gemeente in bruik leen zijn gegeven, per belastingjaar per container 1.382,(inclusief 18,5 omzetbelasting). 6. het op verzoek incidenteel ophalen en afvoeren van huishoudelijk af valstof fen, grof huisvuil en bedrijfsafval per 100 kg of gedeelte daar- van f 21,(inclusief 18,5 omzetbelasting) te verhogen met f 35, (inclusief 18,5 omzetbelasting) per kwart manuur gemoeid met het op halen en afvoeren. Achterlaten afvalstoffen op een daartoe van gemeentewege aangewezen plaats Artikel 11 Het recht bedraagt voor het achterlaten van afvalstoffen op een daartoe van gemeentewege aangewezen plaats 21(inclusief 18,5 omzetbelas ting) per 100 kg of gedeelte daarvan, voor zover de aangeboden hoeveel- heden meer bedraagt dan 100 kg per week, een en ander met dien verstande dat a. voor het achterlaten van uit een partikuliere huishouding afkomstig huishoudelijk afval en grof huisvuil geen recht is verschuldigd; b. voor het achterlaten van bouw- en sloopafval geen recht is verschuldigd, voor zover de hoeveelheid minder bedraagt dan 500 kg per week. Wijze van heffing Artikel 12 1. De rechten bedoeld in artikel 10 onder 1 t/m 5 worden geheven bij wijze van aanslag. 2. De rechten bedoeld in artikel 10 onder 6, en artikel 11 worden geheven door middel van een gedagtekende nota waarop het verschuldigde bedrag is vermeld. Burgemeester en wethouders stellen het model van de nota vast. Tijdstippen van ontstaan van de belastingschuld en van de betaling Artikel 13 1. De belastingschuld van de rechten als bedoeld in artikel 10 onder 1 t/m 5 ontstaat bij de aanvang van het belastingjaar, of indien een bedrijfs- pand dan wel een bedrijfscontainer in de loop van het belastingjaar in gebruik wordt genomen, bij de aanvang van dat gebruik. 2. De belastingschuld van de rechten als bedoeld in artikel 10 onder 6 en artikel 11 ontstaat bij de aanvang van het verlenen van de gevraagde dienst of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1990 | | pagina 92