aanwenden van de totale budgetverruiming voor de personeelsformatie van
de bibliotheek. In een latere fase (wellicht de jaren 1992 - 1994)
kunnen dan de mogelijkheden voor een uitbreiding van het ver-
vangingspercentage van de boekenkollektie worden onderzocht. Voor 1991
zou dit percentage door middel van een eenmalige bijdrage van f
15.000,-- wellicht reeds een stevige injektie kunnen worden gegeven.
Bij de bibliotheek hebben wij telefonisch naar haar voorkeur inzake de
beide voornoemde alternatieven ten aanzien van de invulling van de
budgetverruiming gevraagd. De stem van de bibliotheek zelf lijkt ons in
deze van wezenlijk belang. De bibliotheek is immers de direkt be-
langhebbendeDe bibliotheek heeft hierbij bij monde van de regio-
direkteur een duidelijke voorkeur voor de personeelsformatie uit-
gesproken. De bibliotheek geeft hieraan prioriteit. Konkreet betekent
dit dat ook de bibliotheek voorstelt om de budge tverruiming ad. f
20.000,-- in z'n geheel voor de personeelsformatie aan te wenden.
Het lijkt ons, gezien het standpunt van de bibliotheek inzake de
budge tverruiming, inderdaad wenselijk deze verruiming in z'n geheel
voor een uitbreiding van de personeelsformatie van 81,75 tot 93,75 uur
per week aan te wenden. Dit betekent een overheveling van het budget
"Overige kosten" naar het budget "Personeelskosten goedgekeurde
personeelsformatie" (93,75 uur per week) ter grootte van f 8.575,--. De
subsidietoewijzing voor de bibliotheek wordt dan:
budget "Personeelskosten"
budget "Overige kosten"
budget "Bibliobus":
Totaal:
f 130.800,--
- 62.345,--
- 52.180.--
f 245.325,--
Wij zien in 1991 geen financiele ruimte voor een eenmalige bijdrage
voor de boekenkollektie van de bibliotheek.
Het peuterwerk
Ten aanzien van het peuterwerk worden in 1991 een tweetal "tijdelijke"
peutergroepen (de groepen 9 en 10) bepleit. Wij kunnen hiermee instem-
men. Voor de financiering van deze beide groepen kan gebruik van de in
de gemeentebegroting 1991 gerealiseerde budgetverruiming ad.
f 10.000,-- voor het peuter-, jeugd- en jongerenwerk worden gemaakt.
Deze budgetverruiming is voor een gestruktureerd jeugd- en jongeren-
beleid, waaronder het peuterwerk en t.z.t. de kinderopvang. In 1991 zal
van dit gestruktureerd jeugd- en jongerenbeleid evenwel nog geen spreke
(kunnen) zijn. Er dient in deze nog een konkrete beleidsvisie te worden
ontwikkeld. Hiermee zal wellicht een groot gedeelte van 1991 gemoeid
zijn. Realisatie van een konkreet jeugd- en jongerenbeleid zal dan in
1992 worden. Een eenmalige onttrekking aan deze budge tverruiming in
1991 voor twee "tijdelijke" peutergroepen behoeft dan ook niet op
overwegende bezwaren te stuiten. Het werkelijke tekort van de twee
"tijdelijke" groepen - f 4.000,-- per groep - kan als een reeel gegeven
worden aangenomen. In het konsept "Welzijnsprogramma 1991" is hiervoor,
op basis van de toentertijd bekende gegevens, vooreerst een bedrag van
f 2.500,-- voor alleen een 9e peutergroep opgenomen.
Dit bedrag is nu ten laste van de post "Incidenteel/Onvoorzien"
gebracht
Het vorenstaande overwegend lijkt het wenselijk de twee "tijdelijke"
peutergroepen voor 1991 eenmalige uit de budgetverruiming voor het
