col vervallen indien aan het bepaalde in het verzorgingsprotocol gevolg is
gegeven nadat het fusieprotocol is opgesteld. Op deze manier is er sprake
van een protocol.
De uitwerking van het verzorgingsprotocol wordt aan de hand van een voor-
beeld toegelicht.
Artikel 5 Hardheidsclausule
Aan artikel 5 is een derde lid toegevoegd die het bevoegd gezag de mogelijk-
heid geeft af te wijken van het "ineenweefmodel" zoals dat is vastgelegd in
het fusieprotocol ten behoeve van het onderwijsgevend personeel. Het is nl.
gebleken dat in sommige gevallen zowel het bevoegd gezag, de onder-
wijsvakorganisaties en niet in de laatste plaats het personeel zelf hun
voorkeur uit spreken voor een andere regeling wanneer er sprake is van
fusie. Te denken valt hierbij aan bijvoorbeeld de mogelijkheid om een aparte
afvloeiingskategorie samenvoegingsboventalligen te creeren (zie voor
altematieve mogelijkheden onze brief van 20 januari 1988, kenmerk OCSR/-
20539). Het spreekt voor zich dat wanneer besloten wordt af te wijken van
het fusieprotocol dat het personeel hiervan zo vroeg als mogelijk is op de
hoogte wordt gesteld. Voorts is overleg met de betrokken onderwijsvakor-
ganisaties noodzakelijk en dient de medezeggenschapsraad te worden gehoord.
Artikel 6.
Het betreft hier een nieuw artikel dat bepaalt dat het personeel dat reeds
in dienst is van het bevoegd gezag in de gelegenheid wordt gesteld een
eventuele aanvulling van de diensttijd bij het bevoegd gezag in te dienen.
Gezien het bepaalde in dit artikel is het van belang dat het bevoegd gezag
zo snel mogelijk het zittend personeel schriftelijk uitnodigt een eventuele
aanvulling binnen drie maanden na dagtekening van de brief bij het bevoegd
gezag in te dienen. In elk geval moet voorkomen worden dat een wijziging van
de diensttijd plaatsvindt na 1 april in verband met eventuele ontslagen per
1 augustus daaropvolgend.