- 5 -
7. Wanneer het bedrag bedoeld in het vijfde lid, onder a of b, of de
hoogte van de daarbedoelde vakantie-uitkering wordt gewijzigd,
wordt de franchise herberekend. De dienovereenkomstig herbereken-
de pensioenen gaan in op dezelfde dag als die wijziging.
8. Behoudens het bepaalde in het negende lid bedraagt het pensioen
voor ieder van de eerste vier voor pensioen tellende jaren als
wethouder 3,5 percent van de pensioengrondslag, en voor ieder
overig jaar als wethouder 1,75 percent van de pensioengrondslag,
in totaal tot een maximum van 70 percent van de pensioengrond
slag, aangepast naar de regelen, vastgesteld bij de algemene
maatregel van bestuur bedoeld in artikel 157 van de Algemene
pensioenwet politieke ambtsdragers
9. Indien recht bestaat op meer dan een pensioen, bedoeld in het
achtste lid, dan wel daarnaast recht" bestaat op een of meer
pensioenen krachtens de tweede en derde afdeling van de Algemene
pensioenwet politieke ambtsdragers, komen voor de toepassing van
de pensioenberekening naar 3,5 percent per dienstjaar in totaal
ten hoogste vier dienstjaren in aanmerking en wordt die bereke-
ning voor zover mogelijk toegepast ten aanzien van het pensioen,
waarbij die berekening het hoogste bedrag oplevert en overigens
ten aanzien van het andere pensioen of de andere pensioenen in de
volgorde van de hoogte der wedden, berekeningsgrondslag of
pensioengrondslagen. Voor vergelijking van deze wedden, bereke
ningsgrondslag of pensioengrondslagen worden deze zo nodig
aangepast naar de regelen vastgesteld bij de algemene maatregel
van bestuur bedoeld in artikel 157 van evengenoemde wet.
10. Het vierde en vijfde lid van artikel 16 zijn van overeenkomstige
toepassing.
11. Indien een pensioen wordt berekend zowel met toepassing van
artikel 16 als met toepassing van dit artikel, wordt in afwijking
van het zevende, achtste, of negende lid het percentage van 70
verminderd met het percentage van het pensioen dat eerst is
berekend met toepassing van artikel 16.
F. Een nieuw artikel 16b wordt ingevoegd, luidende:
Indien het pensioen van de wethouder, die voor zijn bezoldiging
geacht wordt niet de volledige werkweek aan het wethouderschap te
besteden, wordt berekend met toepassing van artikel 16a, is het
bedrag van zijn pensioen gelijk aan de uitkomst van de berekening
vermenigvuldigd met de deeltijdfactor
G. Onder het opschrift "Samenvallende diensttijd van echtgenoten" wordt
een nieuw artikel 16c ingevoegd, luidende:
1. De gepensioneerde wethouder die recht heeft op het ouderdomspen-
sioen bedoeld in artikel 9, vijfde lid, onder b, van de Algemene
Ouderdomswet heeft, voor zover zijn pensioen is berekend met
toepassing van artikel 16a, recht op een toeslag op zijn