- 14 - het overlijden van een gepensioneerde vrouwelijke wethouder ten aanzien van haar weduvmaar (weduwnaarsuitkering) Bij ontstentenis van een weduwe of weduwnaar, van wie de overledene niet duurzaam gescheiden leefde, geschiedt de uitkering ten behoeve van de wettige of natuurlijke kinderen van de overledene die de leeftijd van eenentwintig jaren nog niet hebben bereikt en niet gehuwd zijn of gehuwd geweest zijn of kinderen die de leeftijd van eenentwintig jaren nog niet hebben bereikt en niet gehuwd zijn of gehuwd geweest zijn waarover de overledene ten tijde van het overlijden de pleeg- ouderlijke zorg droeg. Onder pleegouderlijke zorg wordt verstaan de zorg voor het onderhoud en de opvoeding van het kind, als ware het een eigen kind, onafhankelijk van enige verplichting daartoe of van het genieten van een vergoeding daarvoor Een vierde lid wordt toegevoegd, luidende: 4. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder pensioen verstaan het bedrag waarop de overledene recht had, eventueel na toepassing van hoofdstuk V. BBIn artikel 70 wordt "artikel 5, tweede lid," gewijzigd in "artikel 5, derde lid" CC. Artikel 87, tweede lid, sub c, vervalt. Artikel TT Vast te stellen de volgende overgangsbepalingen: A. 1. In afwijking van artikel 31 zoals dat artikel ingevolge dit besluit is komen te luiden, blijft ten aanzien van de in het tweede lid bedoelde personen van toepassing artikel 31, zoals dat luidde op de dag voor 13 juli 1988. 2. De in het eerste lid bedoelde personen zijn: a. degenen die voor 1 januari 1986 recht op eigen pensioen hebben verkregen dan wel de leeftijd van zestig jaar hebben bereikt; b. de weduwen en wezen die recht op pensioen hebben ontleend aan het overlijden van een persoon die voldeed aan een voorwaarde gesteld onder a dan wel recht op dat pensioen hebben verkregen voor 1 januari 1986. 3. Ten aanzien van de in het tweede lid bedoelde personen wordt niet onder pensioen begrepen de toeslag bedoeld in de artikelen 27a of 27b. J- 1. Artikel 35, tweede lid, zoals bedoelde bepaling ingevolge dit besluit is komen te luiden, is niet van toepassing indien de belanghebbende recht heeft op het ouderdomspensioen bedoeld in artikel 9, vijfde lid van de Algemene Ouderdomswet ingevolge

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1991 | | pagina 33