- .2 - pensioen vergolden, die diensttijd voor de toepassing van de inbouwbepa- lingen met 2 vermenigvuldigd. Deze bijzonderheid doet evenwel niet af aan het feit, dat voor de politieke pensioenen in wezen een zelfde inbouwsys- teem geldt als voor de ambtelijke pensioenen. Voor de goede orde wordt nog opgemerkt, dat ingevolge een overgangsbepaling behorende bij de vierde wijziging, de gehele diensttijd opgebouwd voor 1 januari 1979 wordt vergolden met 3,5% per dienstjaar. Aanzet tot invoering van een franchisesysteem is de door het Kabinet wenselijk geachte verscherping van de samenloopregeling voor overheids- pensioenen en AOW/AWW in die zin, dat bij een volledige diensttijd van 40 jaren het algemeen pensioen volledig in mindering wordt gebracht op het overheidspensioen. Derhalve inbouw AOW/AWW van 2,5% voor elk voor over- heidspensioen geldend dienstjaar. Een volledige verdiscontering van de AOW/AWW-uitkering (ad 2,5%) per dienstjaar in het overheidspensioen dient dan ook gepaard te gaan met een overgang van het inbouwsysteem naar een ander systeem en wel het franchi sesysteem. Een franchisesysteem overeenkomstig dat van de ABP-wet houdt in dat de pensioenregeling slechts betrekking heeft op een (ambtelijk) inkomen boven een bepaalde grens (de franchise) Voor het gedeelte van dat inkomen tot aan het niveau van de franchise gaat de wetgever ervan uit, dat dat gedeelte door de AOW/AWW wordt opgevangen. Anders gezegd: het ABP- c.q. APPA-pensioen wordt berekend over het inkomen wedde vakantietoelage)nadat dit is verminderd met het bedrag van de AOW/AWW. Het franchisesysteem maakt de pensioenvoorziening daardoor eenvoudiger dan het inbouwsysteem. De regeling betreffende het basispensioen (AOW/AWW) en die van het aanvullend pensioen (ABP-APPA-pensioen) worden gescheiden. In navolging van de betrokken wijziging van de ABP-wet is in de APPA het franchisesysteem ingevoerd. Hierbij is de versnelde pensioenopbouw gehandhaafd. Dat betekent voor o.a. wethouders dat die opbouw voor de eerste vier jaren met 3,5% plaatsvindt en voor ieder overig dienstjaar met 1,75%. De pensioenopbouw ad 3,5% per dienstjaar vindt overigens plaats zonder extra korting wegens het genot van een algemeen pensioen. De hieruit voortvloeiende wijzigingen in de model-Uitkerings en pensioen- verordening wethouders zijn vervat in de artikelen: 15a, 16, 16a, 16b, 16c, 22a, 25a, 26, 27, 27a, 27b, 31, 32 en 42. Deze en enkele andere artikelen worden hierna nader toegelicht: Artikel 5 Aanpassing formulering van de begrippen (neven)inkomsten in de APPA aan die, welke voorkomen in de Wet van 30 oktober 1968 (Stb. 584), houdende regeling schadeloosstelling leden Tweede Kamer der Staten-Generaal

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1991 | | pagina 36