- 3 -
Het amendement van zijn fraktie luidt als volgt:
De raad van de gemeente Leeuwarderadeel in vergadering bijeen op
11 26 September 1991
Gelet op de problemen rondom het maatschappelijk werk in Noord,
11 Noord-west en Midden Friesland,
spreekt uit dat:
het maatschappelijk werk als basisvoorziening in de gemeente Leeu-
warderadeel noodzakelijk is
de raad van mening is dat het onderzoek uitgevoerd door het onder-
zoeksbureau SGBO van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten niet
11 voldoet aan de door de gemeente Leeuwarderadeel geuite wensen inzake
11 de opzet van het onderzoek en dat op grond van dit onderzoek geen
11 verantwoorde beleidsbeslissingen t.a.v. het maatschappelijk werk ge-
nomen kan worden
draagt het college op in overleg te treden met de St. AMW te Franeker
en de prot. Chr. St. Hallum om binnen een jaar te komen tot niet vrij-
blijvende samenwerking tussen beide amw-instellingen voor het werk-
11 gebied Leeuwarderadeel, waarbij als uitgangspunt dient te worden ge-
nomen:
a. een adequaat hulpverleningsaanbod in de gemeente Leeuwarderadeel te
garanderen waar iedere burger gebruik van kan maken;
b. versterking en verbetering van de kwaliteit van het hulpaanbod o.a.
11 door deskundigheidsbevordering en gebruikmakend/samenvoegen van de
reeds aanwezige deskundigheid binnen de huidige door de gemeente Leeu—
warderadeel gesubsidieerde maatschappelijk-werk instellingen;
c. te komen tot kostenbeheersing van het maatschappelijk werk in de
11 gemeente Leeuwarderadeel. ATT
vooruitlopend op een niet vrijblijvende samenwerking tussen beide Aw
instellingen bereid is in te stemmen met:
1. een direkteursfunktie bij de st. AMW Franeker
2. een tijdelijke aanstelling voor een jaar van een uitvoerend maat-
schappelijk werker bij AMW Franeker
11 indien na 1-1-1993 geen zichtbaar resultaat inzake niet vrijblijvende
samenwerking tussen beide m.w.-instellingen aanwezig is, tot herover
weging van subsidiering zal worden overgegaan waarna nadere besluit-
vorming zal plaatsvinden inzake subsidiering van algemeen maatschap-
pelijk werk in de gemeente Leeuwarderadeel
en gaat over tot de orde van de dag".
De hear Van Rijn neamt twa problemen:
- de akute problemen by Frentsjer;
- de ferhaldingen fan de beide ynstellingen yn de Regio.
Dat leste is ek in probleem fan alle oare dielnimmende gemeenten.
Foar in oplossing fan it twadde probleem binne de betingsten dat de
pluriformiteit fan it maatskiplik wurk ek yn organisatoaryske sin
akseptearre wurdt. Yn it twadde plak dat der ien dudlik subsydzje-
adres komt en yn it tredde plak in ferdieling fan it totale subsydzje-
bedrach neffens ridlike en billike noarmen oer de yn de Regio operearjende
stiftingen.
As der gjin rewilligers is yn die sin in oplossing te sykjen, komt dy der
net. Beide problemen net trochelkoar helje. Hallum net op bed om't
Frentsjer siik is.
Noch stuitender is it dat beide partijen de koffer ynstjoerd wurde om t
ien fan beiden siik is, wylst de oare der net fan tsjinne is.
Effisjent sil dat net weze.
- 4 -