Aangifte ArCikel 7 1. De belastingplichtige aan wie niet binnen zes maanden na afloop van het belastingjaar een aangiftebiljet is uitgereikt of een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen een maand na het verstrijken van de evenbedoelde termijn bij de burgemeester en wethouders schriftelijk om uitreiking van een aangif tebilj et te verzoeken. 2. Het formulier van het aangiftebiljet wordt bij afzonderlijk raadsbe- sluit vastgesteld. Machtiging tot overdracht van bevoegdheden Artikel 8 Burgemeester en wethouders kunnen een of meer gemeente-ambtenaren aanwij- zen, die in hun plaats treden met be trekking tot de uitvoering van enige wettelijke bepalingen betreffende de heffing en de invordering van de belasting. Artikel 9 Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat voor de terpostbezorging of uitreiking van aanslagbiljetten ingevolge artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) voor de gemeente-ontvanger of de op grond van artikel 127a van de gemeentewet aangewezen functionaris een andere gemeente-ambtenaar in de plaats treedt. Nakoming van verplichtingen Artikel 10 De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algemene wet en in de artikelen 58 en 61 van de Invorderingswet 1990 gelden mede jegens de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren der gemeentelijke belastingen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1992 | | pagina 59