Aangezien wij samenwerking zien als een aktiviteit van mini-
maal twee, nemen wij aan, dat zowel bij het kollegeprogramma
als bij het raadsbesluit het bestaansrecht van de beide in-
stellingen, die reeds gedurende vele jaren het Algemeen Maat-
schappelijk Werk in onze gemeente gestalte geven, niet op
voorhand in het geding was.
De konklusie dient dan ook te worden getrokken, dat het aan-
wijzen van den instelling om het Algemeen Maatschappelijk Werk
in onze gemeente hierdoor te laten verzorgen (als principe)
geen steun vindt in zowel het kollegeprogramma als het raads
besluit.
Nu in regionaal verband geen oplossing is gevonden, zullen wij
zelf verantwoordelijkheid moeten nemen voor het werkgebied
LeeuwarderadeelKenmerken hierbij dienen te zijn kwaliteit en
kostenbeheersing
Een instelling ontleent niet het bestaansrecht aan het simpele
feit, dat men er al zo lang is. Subsidie mag worden verstrekt
als aan voorwaarden wordt voldaan. Teneinde dit in goede banen
te leiden zou moeten worden gekomen tot een subsidieverorde-
ning "Algemeen Maatschappeli jk Werk Leeuwarderadeel".
In deze verordening dient te worden vastgelegd, aan welke
eisen moet worden voldaan om voor subsidiering in aanmerking
te komen bijv. opleidingseisen voor het personeel, 7 x 24-uurs
bereikbaarheid, spreekuurpost in Leeuwarderadeel etc. Daar-
naast kan worden aangegeven dat instellingen werkzaam in
Leeuwarderadeel dienen samen te werken op zowel uitvoerend als
op bestuurlijk nivo. Het beleid t.a.v. het werkgebied Leeuwar
deradeel zou moeten worden vastgesteld in een gezamenlijk
overleg (Platform, Federatie, Holding) en niet in de afzonder-
lijke stichtingsbesturen
De subsidievoorwaarden dienen voorrang te geven aan het uit
voerend werk t.b.v. de klienten. Kosten van overhead dienen
kritisch te worden bekeken. Tevens moet worden bezien of er
per inwoner of per verrichting wordt gesubsidieerd.
Indien men niet aan de gestelde voorwaarden voldoet, kan dit
als gevolg hebben, dat de subsidie wordt beeindigd.
De vraag is uiteraard of 6en en ander in de praktijk reali-
seerbaar is. Niet is gebleken, dat op voorhand getwijfeld
hoeft te worden aan de kwaliteit van de beide instellingen. Op
uitvoeringsnio wordt al bij verschillende werkvormen samenge-
werkt, zoals:
- de 7 x 24-uurs bereikbaarheid;
- de jeugdhulpverlening;
- de gemeentelijke home-teams;
- de video hometraining; en
- in gemeentelijke (advies)kommissies.
Daarnaast valt nog te denken aan gezamenlijke deskundigheids-
bevordering, opleidingen, intervisie (overleg werkers) en
spreekuurruimte
Een struikelblok leek tot voor kort de bestuurlijke samenwer
king tussen de beide instellingen.
Naar aanleiding van de behandeling van dit laatste punt in de
3