3° Indien de bouw, verbouwing of verbetering zover is gevorderd dat een gedeelte daarvan gereed is gekomen voor feitelijk gebruik overeenkomstig de bestemming, is het bepaalde in het eerste onderscheidenlijk het tweede lid met betrekking tot dat gedeelte niet van toepassing. Waardepeildatum Artikel III De waarde in het economische verkeer is die op 1 januari 1990 en vervolgens die op een tijdstip dat telkens vijf jaar later valt. Tarief Artikel IV 1. Voor elke voile 3.000,-- van de waarde in het economische verkeer bedraagt: a. de gebruikersbelasting 5,28 b. de belasting ter zake van het genot krachtens eigendom, bezit of beperkt recht 6,58. 2. Het bedrag van de belasting wordt per belastingaanslag naar beneden afgerond op hele guldens. 3. Belastingaanslagen van minder dan 20,-- worden niet opgelegd. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van op 66n aanslagbil- jet verenigde belastingaanslagen aangemerkt als 66n belastingaanslag. Vrijstellingen Artikel V 1° Onverminderd het bepaalde in artikel 6 van de standaardverordening 273- 05a/05b worden de belastingen niet geheven ter zake van: a. straat-meubilairwaaronder wordt verstaan alle zodanige gebouwde eigendommen -niet zijnde gebouwen- welke zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties standbeelden, monumentenfonteinen, banken, abri's, hekken, palen; b. plantsoenen, parken en waterpartijen bij de gemeente in eigendom of beheer c. begraafplaatsen en urnentuinen en crematoria met hun gebouwde en ongebouwde aanhorigheden. Termijnen van betaling Artikel VI De aanslagen moeten worden betaald in vier gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens twee maanden later.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1993 | | pagina 35