van de Woningwet, het overeenkomstig 5.2.2 berekende bedrag verhoogd met 367,50 het bedrag aan leges ingevolge de provinciale legesverordening. Meldingplichtige bouwwerken -5.6.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 42 van de Woningwet. 95,-- -5.6.2 Indien de in 5.6.1 bedoelde melding voor advies wordt voorgelegd aan de welstandscommissie ingevolge artikel 42, tweede lid, van de Woningwet, wordt het in 5.6.1 genoemde bedrag verhoogd met 30,-- -5.6.3 Indien de melding betrekking heeft op een bouwwerk waarbij vrijstelling van het geldende bestemmings- plan verleend moet worden als bedoeld in art. 42, derde lid, van de Woningwet, wordt, onverminderd het bepaalde in 5.6.2, het in 5.6.1 genoemde bedrag verhoogd met 110,-- -5.6.4 Indien de melding betrekking heeft op een bouwwerk waarbij vrijstelling van het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan verleend moet worden als bedoeld in artikel 42, vierde lid, van de Woning wet. wordt, onverminderd het bepaalde in 5.6.2, het in 5.6.1 genoemde bedrag verhoogd met 110- - Aanlegvergunningen -5.7.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 11, 14 of 21, derde lid, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (aanlegvergunning) 95,-- -5.7.2 Indien de aanvraag betrekking heeft op werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning moet worden verleend met toepassing van art. 16, 19 of 46, achtste lid, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, wordt het overeenkomstig 5.7.1 berekende bedrag verhoogd met 135,-- -5.7.3 Onverminderd het bepaalde in 5.7.2. wordtindien de aanvraag betrekking heeft op werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning moet worden verleend met toepassing van artikel 16, 19 of 46, achtste lid, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, het overeenkomstig 5.7.1 berekende bedrag verhoogd met 367,50 zijnde het bedrag aan leges ingevolge de provinciale legesverordening. Bestemmingswii zigingen -5.8.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vrijstelling van het geldende bestemmingsplan als bedoeld in art. 11 (binnenplanse anticipatie)15, 17 of 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning is vereist als bedoeld in 5.2.2 en geen sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning vereist is als bedoeld in 571 135,--

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1993 | | pagina 51