Gewerkt moet worden aan een private onderneming bijvoorbeeld een NV of BV. Hoewel hij op voorhand geen tegenstander is van een samenwerking tussen het OLAF met bijvoorbeeld het Frigem, wil hij toch graag kennis hebben van eventuele alternatieven; bijv. de VAM. De heer Eisenga doet verslag van de aandeelhoudersvergadering van de Frigem. Zijn reactie betreft een tweetal aspecten t.w. de relatie OLAF en Frigem en het uitblijven van een reactie van de portefeuillehouderHij zegt niet overtuigd te zijn van samenwerking tussen het OLAF en het Frigem, zoals dat Frigem voor ogen staat. Een reden hiervoor is dat de huidige informatie niet compleet is: aspekt alternatieven ontbreekt. Vervolgens geeft hij aan dat hij in de aandeelhoudersvergadering gevraagd heeft om informatieDe informatie zou opgestuurd worden naar de deelnemende gemeenten. Is dit gebeurd? Heeft de raad deze informatie gezien? Wat is het standpunt van het college in dezen! Tot slot zegt hij van mening te zijn dat de situatie m.b.t. het OLAF niet ver genoeg gaat. De vraag is: Wat voor invloed wil je als gemeente? Over het vorenstaande wenst hij graag een reactie van het college De heer De Vries zegt eveneens van mening te zijn dat op dit moment geen advies gegeven kan worden op de situatie m.b.t. het OLAF. Uitvoerige informatie blijft gewenst. Wethouder Glas zegt het standpunt van de raad in de vergadering van het OLAF te zullen verwoorden. Zij is van mening dat er eerst gewerkt moet worden aan een andere "heldere" struktuur bij het OLAF, bijv. een NV-vorm. Op een later tijdstip zal het aspekt partnerkeuze worden bekeken. De voorzitter voegt hier aan toe dat het college de inzet van de portefeuillehouder zoals hiervoor is aangegeven volgt. Wat betreft het inhuren van het management zegt hij dat dit aspekt los gezien moet worden van struktuurvorm en partnerkeuze. Het is in deze situatie van belang de gezamenlijkheid van de gemeenten vast te houden In tweede instantie wordt het woord gevoerd door de heren Van der EndeEisenga, Dijkstra en wethouder Glas. De heer Van der Ende zegt dat zijn fraktie reeds lange tijd te kennen heeft gegeven dat het OLAF bepaalde aspecten moet afstoten. Het aspekt monopoliepositie wordt door hem niet als een probleem gezien. Zijn fraktie volgt niet de visie van de portefeuillehouder. De heer Eisenga gaat akkoord met de toezegging van de portefeuillehouder m.b.t een eventuele partnerkeuze. Hij wenst dat de keuze, met daarbij feiten en cijfers, aan de raad wordt voorgelegd. CI: geen opmerkingen. Dl: geen opmerkingen. Er zijn geen verdere mededelingen. 2

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1994 | | pagina 8